Lode Vanoost van De Wereld Morgen volgt het wel en wee van Venezuela op de voet, en hij doet een oproep “aan elk sociaal voelend mens” om Venezuela te verdedigen. Cubanismo.be is het niet noodzakelijk op alle punten met de analyse van Lode eens, maar zij vindt het wel belangrijk om zijn opinie ook hier te publiceren.
De trouwe lezer van deze website weet dat Cubanismo.be zich principieel tegen de VS-agressie tegen Venezuela verzet. Net zoals in het geval van Cuba, verloopt die agressie ook via de media. Daarom is het ook belangrijk om analyses en opinies aan bod te laten komen die opboksen tegen de ‘mediaterreur’ en de framing van de mediamultinationals.
President Trump breidt de economische blokkade van Venezuela uit tot een volledig embargo met zeeblokkade, die het land met hongersnood bedreigt. Welke kritiek je ook hebt op Maduro (en Chávez) – en daar valt inderdaad heel wat over te zeggen –, nu moet elk rechtgeaard progressief zich verzetten tegen deze brutale, illegale, openlijk selectieve en schijnheilige poging tot regime change.
Op de steun van de grote media moet Venezuela alvast niet rekenen. Het is geen nieuw fenomeen. Mainstream media zijn verworden tot spreekbuizen van de status quo, de evidenties, soundbites. “Wij goed, Russen slecht”, om maar één voorbeeld te geven. Wijs je op de enorme gaten in het hele Rusland-internationale-boeman-verhaal dan ben je ofwel een agent van het Russische regime of een onwetende en naïeve pion, nuttig voor pro-Russische propaganda. Een genuanceerd standpunt dat niet in deze twee uitersten past is ‘not done‘. Dat je bijvoorbeeld tegelijk héél kritisch kan zijn voor de interne werking van het Russische regime én tegen de eenzijdige Ruslandbashing in de media is onaanvaardbaar. Wie niet helemaal met ons is, is helemaal tegen ons. Zo eenvoudig is dat.
Hetzelfde kan worden gezegd over Venezuela. Wie nu nog steeds achter het ‘regime’ in Caracas staat, verdedigt een land waar de mensenrechten zwaar worden geschonden door een totalitair staatsapparaat. Nogmaals, zo eenvoudig is dat. Heel wat linkse commentatoren vallen voor deze tweedeling en uiten net nu zeer ijverig hun kritiek op het ‘regime’, waarbij ze zich al dan niet openlijk scharen achter de pogingen van de VS om een regime change te bewerkstelligen, in naam van democratie en mensenrechten …Allesbehalve foutloos parcoursSinds hij voor het eerst verkozen werd in 1999 heeft Chávez een groot aantal fouten gemaakt. Hij heeft nauwelijks pogingen ondernomen om de eenzijdige afhankelijkheid van aardoliewinning als enige bron van inkomsten te diversifiëren. Zijn Misiones, sociale projecten voor onderwijs, alfabetisering, gezondheidszorg en sociale woningbouw, heeft hij rechtstreeks gefinancierd vanuit de olie-inkomsten.
Het was zijn methode om de hem vijandige overheidsadministratie te passeren en snel zijn verkiezingsbeloften te realiseren. Die Misiones waren inhoudelijk weliswaar zeer vooruitstrevend en hebben tot 2012-2013 ook onmiskenbaar positieve gevolgen gehad. Zo heeft de UNDP er meermaals op gewezen dat Venezuela van alle derdewereldlanden het best de VN-Milleniumdoelstellingen 2000-2015 voor het bestrijden van honger en analfabetisme heeft verwezenlijkt.
Het Chavisme was echter een systeem dat gedoemd was te mislukken zodra de olieprijzen kelderden, wat vanaf 2012-2014 gebleken is. Chávez heeft immers nooit begrepen dat olieprijzen cyclisch zijn. Als gevolg van zijn gebrek aan inzicht heeft hij ook nooit overwogen een financiële reserve aan te leggen voor die slechtere tijden. Hij spendeerde alles aan zijn Misiones. Bovendien, heel wat andere landen kregen van hem gulle geldelijke steun, zoals Haïti, waar de huidige president en zijn entourage een groot deel van dat geld voor eigen gewin hebben achtergehouden en nu volop de kaart spelen van de regime change door de VS (Zie Haïti volksopstand tegen een regime waar u niets over hoeft te horen).
Niet socialistischHet beleid van Chávez was – al zijn grootse retoriek ten spijt – nooit socialistisch. Het was een verderzetting van het economische beleid van zijn voorgangers, mét als enig verschilpunt een betekenisvolle sociale correctie. Chávez was immers een Venezolaans nationalist met een groot hart voor de gewone Venezolaan, maar socialistisch? Hij gebruikte de term ‘socialisme van de eenentwintigste eeuw’ pas ná de mislukte staatsgreep van 2002 en de economische boycot van 2003.
Het beleid van zijn Boliviaanse collega Evo Morales was en is heel wat consequent progressiever en ideologisch steviger onderbouwd (maar evenmin vrij van kritiek). Chávez is gestorven net voor het gunstige tij van de hoge olieprijzen begon te keren. Maduro heeft zijn beleid onveranderd overgenomen, wat met de in elkaar gestorte olieprijzen catastrofaal moest aflopen. Wat dat ‘socialisme’ betreft, de Venezolaanse upperclass heeft onder Chávez en Maduro alvast niets aan rijkdom en privileges ingeboet. De enigen die negatieve gevolgen van zijn beleid ondervonden, waren de buitenlandse oliebedrijven, die hun tot 1999 onbelaste winsten afgeroomd zagen naar de Venezolaanse bevolking.
De redenen waarom de Venezolaanse elite zich zo hard verzet tegen de huidige politieke machthebbers zijn meer dan politiek/financieel, meer dan het herstellen van de lucratieve alliantie met de VS. Hun hardnekkig streven naar regime change is ook maatschappelijk/cultureel/historisch gedreven. Onder Chávez zijn de universiteiten toegankelijk geworden voor groepen in de samenleving, voor wie het idee van een academische opleiding tot voor 1999 science-fiction was. Studenten van de upper class en de hogere middenklasse zagen studenten naast zich verschijnen met een andere sociale achtergrond en – niet toevallig – meestal met een meer donkere huidskleur dan zijzelf.
Zij willen een terugkeer naar de duidelijk afgelijnde klassenmaatschappij van voor 1999, naar een terugkeer van het politiek klimaat waar de armere Venezolanen actief werden ontmoedigd om deel te nemen aan verkiezingen. Terug naar de goede ouwe tijd toen spotgoedkoop huispersoneel geen eisen durfde stellen over betere verloning en huisvesting, over recht op ziekteverlof en vakantiedagen en allerlei andere onzin, die hen door Chávez werd opgelegd.
Tanende populariteit van MaduroPresident Maduro kon aanvankelijk nog bogen op de populariteit van zijn voorganger, die hem kort voor zijn overlijden als zijn opvolger aanduidde. Daar blijft bitter weinig van over. Zijn score in opiniepeilingen schommelt nog rond 25-30 procent, niet schitterend voor een zetelend president, maar nog altijd beter dan pakweg Frans president Macron.
De door de VS aangeduide redder van de natie Juan Guaidó haalt niet eens de helft van dat percentage. Daartussenin bevindt zich een grote groep Venezolanen – meer dan de helft van de bevolking – die Maduro beu zijn, maar in geen enkel geval achter Guaidó staan. Meer dan 80 procent van alle Venezolanen is bovendien tegen de inmenging van de VS en tegen een eventuele militaire invasie. Zelfs een aantal politieke krachten van de elite aan de rechterzijde zijn tegen de huidige inmenging van de VS én tegen een eventuele militaire invasie, zoals Henri Falcón.
Economische boycot sinds 2000Boven dat alles hangen dan de verpletterende economische sancties van de VS, die eender welk Latijns-Amerikaans land in zware problemen zouden brengen. Veel commentatoren situeren het begin van deze sancties in 2015 onder Obama. Dat is een zware onderschatting van de realiteit. In werkelijkheid leidt Venezuela reeds sinds 2000 onder een economische sabotage door de VS. Na de mislukte staatsgreep van 2002 volgde immers de economische boycot van 2003. Sindsdien is het nooit gestopt.
Het gaat ondertussen niet goed met de mensenrechten in Venezuela. Politierepressie neemt toe, vooral sinds 2015 is de situatie aanzienlijk verslechterd. Ook dit is echter geen geloofwaardig argument om regime change te bepleiten of te tolereren.
Het volstaat naar buurland Colombia te kijken, waar de situatie op dat vlak veel slechter is, en dat al meer dan vijftig jaar, waar verkiezingen altijd frauduleus zijn, waar leger en politie in samenspraak met de gewapende privé-milities (die in Latijns-Amerika ‘paramilitairen’ worden genoemd) gruwelijke aanslagen plegen op journalisten, vakbondsmensen, leiders van inheemse volkeren en leefmilieu-activisten. Colombia heeft al dertig jaar het hoogst aantal interne vluchtelingen ter wereld, méér dan Syrië. De lijst landen die door de VS ongemoeid wordt gelaten – niet alleen in Latijns-Amerika – en zelfs gesteund ondanks vervalste verkiezingen en grove schendingen van de mensenrechten is zeer lang.
Guaidó is een marionetJuan Guaidó stelt Washington ondertussen teleur. Zijn vertegenwoordigers in Colombia hebben het merendeel van de Amerikaanse financiële hulp achterovergeslagen (zie Gezanten Venezolaans “president” Guaidó verbrassen geld voor humanitaire hulp in Colombia). Dat weerhoudt de VS er niet van om geld dat was voorzien voor hulp aan Honduras en Guatemala naar zijn partij te versassen.
De echte economische agenda die Guaidó in petto heeft – of eerder zijn ‘sponsors’ – voor Venezuela is niet eens geheim. Hij heeft het al openlijk gezegd: de Misiones onmiddellijk afschaffen, een groot deel van de openbare diensten privatiseren én vooral, de winsten van de olie-industrie terug overdragen aan de Amerikaanse, Britse, Franse en Spaanse multinationals van voor 1999.
Zowat alle Venezolanen die hij heeft benoemd als ambassadeurs in de landen die hem erkennen als interim-president zijn verbonden met de aardolie-industrie, met buitenlandse bedrijven en met rechtse denktanks in de VS.
Tamara Suju in de Tsjechische Republiek en Vanessa Neumann in Groot-Brittannië pleiten al jaren voor regime change. Zijn ambassadeur in Argentina is Elisa Trotta Gamus. Allen zijn ze zelfverklaarde verdedigers van mensenrechten zoals vrijheid van meningsuiting e.d. , maar fanatieke tegenstanders van sociale mensenrechten als gezondheid, voeding en onderwijs.
Dan zijn er Carlos Vecchio en Julio Borges, zijn ‘ambassadeur’ in Peru Carlos Scull Raygada, ambassadeur in Frankrijk Isadora Zubillaga, ambassadeur in Colombia Humberto Calderón Berti, ambassadeur in Ecuador Rene de Sola Quintero, ambassadeur in Canada Orlando Viera-Blanco en ambassadeur in Duitsland Otto Gebauer. Allemaal figuren die betrokken waren bij vorige pogingen tot regime change in Venezuela sinds 2002-2003. Gebauer, Venezolaan met Duitse roots, was persoonlijk aanwezig bij de gevangenneming van Chávez tijdens de twee dagen van de staatsgreep in 2002. Zowat allen hebben zij gestudeerd aan universiteiten in de VS.
Concrete consequenties versus ideologische “zuiverheid”Wie nu op dit ogenblik zijn/haar energie nog steeds steekt in ideologische kritiek op de politieke erfenis van Hugo Chávez schaart zich de facto achter de poging van de VS, daarin gesteund/gevolgd door Canada en de EU, om een regime in te voeren dat in geen enkel geval democratie en respect voor de mensenrechten zal brengen voor de Venezolaanse bevolking.
Betekent dit dat links blind moet zijn of doen alsof er met de huidige machthebbers in Venezuela niet verkeerds aan de hand zou zijn? Natuurlijk niet. Ook op deze site werd de voorbije jaren al meermaals gewezen op de tekortkomingen, fouten, verkeerde beslissingen van president Hugo Chávez, die door zijn opvolger Nicolás Maduro werden overgenomen.
Wie nu zijn/haar energie steekt in het afkeuren van alle fouten van het ‘regime’ onder Chávez en Maduro, hoe reëel die ook mogen zijn, schaart zich de facto achter de agenda voor regime change van Washington. Het uiteindelijke resultaat zal in geen enkel geval beter zijn voor de Venezolanen. Dat is de enige afweging die elk progressief denkend mens met het hart op de juiste plaats op dit ogenblik moet maken over Venezuela.
DWM 09.08.2019