Kleurenrevoluties en stille of zachte staatsgrepen zijn in feite een mechanisme van indirecte buitenlandse interventie door de CIA. Ze worden toegepast in de nieuwe geopolitieke omstandigheden van het einde van de 20e eeuw. De CIA wil met zo weinig mogelijk verliezen het oude beleid aanwenden om het sociale systeem in voor de VS strategische landen te veranderen.
Gene Sharp, aan wie de strategie wordt toegeschreven, werd beschouwd als de goeroe van de geweldloze revoluties. Zijn boek ‘From Dictatorhip to Democracy’, vertaald in meer dan 30 talen, beschrijft en leert hoe een “dictatuur” via geweldloze methodes ten val kan worden gebracht.
Het Albert Einstein Instituut was het pionierscentrum, samen met de Open Society Foundations van de multimiljonair George Soros, van deze nieuwe interventievorm die -onder het mom van een vreedzame volksopstand – in 2000 in Joegoslavië in de praktijk werd gebracht om Slobodan Milosevic omver te werpen.
De groep Otpor (Verzet) onder leiding van Srdja Popovic, Andrej Milivojevic en Slobodan Djinovic vormde het belangrijkste element in de staatsgreep in Joegoeslavië. Die leiders zijn de oprichters van het Center for Applied Nonviolent Action and Strategies (Canvas) en volgelingen en “ijverige” studenten van Gene Sharp. Verder schreven ze het handboek ‘Geweldloos Verzet’. De 50 Cruciale Punten zijn een soort bijbel van de soft coup. Wereldwijd zijn miljoenen exemplaren verspreid.
Het boek vertelt dat jongeren kleinschalige straatrellen zouden moeten steunen onder de vlag van de “geweldloosheid”, logo’s en marketingstrategieën gericht op de jeugd. Op die manier moeten ze permanente chaos en onrust veroorzaken. Daarna moeten de jongeren, volgens de richtlijnen van de agentschappen uit Washington, via geweld of illegale acties repressie door de veiligheidstroepen uitlokken. Ze moeten zo de aandacht van de internationale media trekken , zodat die vervolgens beelden van mensenrechtenschending verspreiden. Die kunnen op hun beurt gebruikt worden om elke actie tegen de regering te rechtvaardigen.
Hoe fabriceren de US Special Operation Forces een kleurenrevolutie? Volgens het handboek ‘Geweldloos Verzet’ ontwikkelen, organiseren, contacteren en verstrekken externe spelers geld en trainingen aan oppositiegroepen. Jonge activisten kunnen dusdanig een vermenigvuldigingseffect van straatacties voortbrengen.
Er worden actoren geronseld die ver staan van de conventionele politiek. Het gaat vooral om jongeren en studenten die geen ideologische affiniteit hebben en zich identificeren met waarden en patronen van de consumptiemaatschappij.
KERNPUNTEN VAN HET HANDBOEKSymbolen en slogans gebruiken die helpen om de beweging te massificeren. Niet alleen worden ze geuit via politieke overtuiging, maar ook via mode, kleding in een bepaalde kleur, vlaggen, tekens, etc.
Een discours afsteken dat geweldloosheid en vreedzame ongehoorzaamheid benadrukt. Daarnaast herhaaldelijk betogen op straat, totdat een kantelevenement de staat ten val brengt.
Het protest onder de aandacht brengenMedia, elektronische communicatiemiddelen, mobiele telefoons en andere inschakelen om snel menigtes op de been te krijgen en de internationale pers onmiddellijk te betrekken.
Niet-conventionele propagandamiddelen, sociale media, graffiti en acts gebruiken, zodat mensen het presidentschap en de hoge autoriteiten bagatelliseren en belachelijk maken.
Interne chaos bevorderen gaat gepaard met een grote internationale druk om de mensenrechten van de demonstranten te respecteren. Daarnaast zorgen economische dwangmaatregelen voor inflatiespiralen, voedseltekorten en onveiligheid om de aangevallen regering te verstikken en andere sectoren mee te sleuren in straatacties.
Een ander element van de internationale campagne bestaat eruit het democratische karakter van de regering te ontkennen: ze is het gevolg van verkiezingsfraude, heeft geen draagvlak en is dus onwettig, onderdrukkend, volksvijandig, kortom, een dictatuur.
De grote media vervalsen het beeld van een land dat het slachtoffer is van de “revolutie” en tonen de wereldopinie chaos en onbestuurbaarheid.
De volledige strategie bestaat uit vijf fundamentele fasen: de overheid verslappen en delegitimeren, het volk ophitsen, verschillende strijdvormen en institutionele breuken combineren.
Sommige “geweldloze revoluties” in Europa, het Midden-Oosten en Latijns-Amerika hebben volgende zaken gemeen: affiches in het Engels, cyberpesten van overheidsfunctionarissen en aanhangers van de overheid, documentvervalsing, fake news, selectieve fysieke agressie, gebruik van handgemaakte wapens, het inhuren van misdadigers en huurlingen om tegen de regering te ageren, maar ook een breed en geleed gebruik van sociale media als aanvals- en mobilisatiewapen.
ROL VAN NIEUWE TECHNOLOGIEËNDe enorme en goed uitgeruste imperialistische legers hebben vandaag de dag machtige technologische wapens. In de woorden van Luis Brito García: “hun kanonnen zijn de massacommunicatiemiddelen; hun projectielen de ideologieën”.
Het is bewezen dat de Politieke Actiegroep (GAP) – een onderdeel van het Centrum voor Speciale Acties van de CIA – acties onderneemt waarbij het communicatiestructuren en internettoegang uitbouwt in de landen en regio’s die doelwit zijn voor de agressie.
Op het internet vormt de GAP-werkgroepen die op hun beurt onderzoekslaboratoria inhuren. Die delen de invloed van sociale media in op basis van Big Data en datamining. Zo beslissen ze welke categorie ze willen beïnvloeden.
Ze betalen ook specialisten (netcenters) in zwarte propaganda, huren digitale huurmoordenaars in om karaktermoorden te plegen, publieke figuren en overheidsfunctionarissen te cyberpesten etc. Zulke campagnes zijn bedoeld om een gebrek aan vertrouwen in de mens en zijn mogelijkheden te verspreiden, terwijl ze cynisme en egocentrisme verheerlijken.
Ze hebben een publiek nodig waarbij het emotioneel bedrog wordt herhaald en het hegemonistisch standpunt overheerst. Er wordt zonder enige scrupule een post-truth aangewend met haar glamour en vermogen tot consensus en symbolische toe-eigening. Het hoofddoel is om de feiten ondergeschikt te maken aan de emotionele vaardigheden van de manipulator en aan zijn vermogen om te handelen en leugens de dramatiseren.
Waarom kenden de kleurenrevoluties in Cuba en Venezuela geen succes?
Kleurenrevoluties blijken een zeer doeltreffende strategie van buitenlandse inmenging in staten waar de regering de steun van het volk ontbeert, haar legitimiteit in vraag wordt gesteld of de krachten mist om verkiezingen te winnen, het aanzien van de inwoners heeft verloren, van de massa vervreemd is en waar er weinig of geen communicatie tussen het volk en de leiders is.
Een van de eerste punten van het handboek ‘Geweldloos Verzet’ legt uit dat “je eerst de aard van de politieke macht moet begrijpen” vooraleer je de strijd kan aanbinden. Net door een gebrek aan gedetailleerde kennis hiervan mislukte elke poging om dit model toe te passen in Cuba en Venezuela.
Een soft coup kan niet op tegen een authentieke revolutie met een regering van en voor het volk en met bewuste, ideologisch voorbereide burgers. p { margin-bottom: 0.1in; line-height: 115%; background: transparent internacionales@granma.cu