Randy Alonso is journalist en presenteert Mesa Redonda, het Cubaanse Ter Zake. Hij belicht de huidige crisis.
Lage koopkracht en budgetCubanen krijgen met moeite de eindjes aan elkaar geknoopt. De lonen volstaan niet om de hoge prijzen op te vangen die veroorzaakt worden door het gebrek aan aanbod, de werkelijke inflatie en de speculatie.
Wat we goed snappen voor het huishouden, begrijpen we soms niet als het over een heel land gaat. Ook op die schaal zijn de financiën ontoereikend voor alles wat we nastreven en vooral voor wat we nodig hebben.
Net als de gezinshoofden moet de leiding van het land eindeloze rekensommen maken over hoe zij de meest dringende behoeften kan oplossen en prioriteiten moet stellen te midden van alles wat er ontbreekt.
Het is geen gemakkelijke opgave om elke dag te moeten uitrekenen hoe je aan voedsel, brandstof, geneesmiddelen, reserveonderdelen, grondstoffen, diensten en andere nodige zaken kunt geraken.
Vooral omdat deze berekeningen moeten worden opgesteld om de noden van 11 miljoen Cubanen te lenigen. Waar anderen dit vraagstuk oplossen door de elites tevreden te stellen en de rest laten stikken, moet de socialistische staat op zoek naar oplossingen voor allen of op zijn minst voor de meerderheid.
Naast deze optel- en aftreksommen moeten we nog geld overhouden om onze schulden zo veel als mogelijk te kunnen afbetalen en de verplichtingen van onze contracten te kunnen nakomen. En in deze wereld geldt: als je niet betaalt, zal niemand nog iets aan je willen verkopen of je krediet willen verstrekken. Vooral nu we midden in een ingewikkelde internationale economische crisis zitten.
De berekeningen worden steeds ingewikkelder na twee jaar van hoge uitgaven vanwege de pandemie en weinig inkomsten uit de uitvoer van goederen en diensten.
Om een idee te krijgen van de omvang van onze economische uitdagingen: de totale deviezeninkomsten van het land bedroegen in het eerste kwartaal van 2022 meer dan 493 miljoen dollar, wat vergelijkbaar is met het cijfer dat in dezelfde periode van het voorgaande jaar werd behaald, maar veel minder is dan vóór maart 2020. De invoer van goederen bedroeg echter meer dan 2 miljard dollar, 688 miljoen dollar meer dan in dezelfde periode in 2021.
Een dergelijk gebrek aan evenwicht tussen onze inkomsten en wat we in harde valuta kopen, leidt tot nieuwe schulden en meer uitdagingen. Meer uitgaven betekent niet meer goederen. Over het algemeen is er meer uitgegeven om dezelfde of minder hoeveelheden te kopen. Inflatie hebben we niet alleen bij ons; het is nu een groeiend wereldwijd proces. PrijsstijgingenWas de olieprijs in juni 2021 71 dollar per vat, vandaag kost een vat meer dan 118 dollar. In juni 2020 kostte een vat zo’n 38 dollar. Met andere woorden, in slechts twee jaar tijd moet het land 80 dollar meer uitgeven voor elk vat olie dat het op de internationale markt koopt. We hebben het niet over de transportkosten of de permanente pesterijen van de Verenigde Staten tegen scheepvaartmaatschappijen die het riskeren om brandstof naar Cuba te vervoeren.
Om de basiselementen van ons dieet, zoals rijst en tarwe voor brood, en andere bestanddelen van het standaardpakket aan basisvoedingsmiddelen dat zonder onderscheid aan elke burger van het land wordt verkocht, te kunnen blijven verzekeren, hebben de regering en onze importerende bedrijven niet alleen te maken met een steeds restrictievere en toenemende protectionistische markt, maar moeten zij ook meer betalen voor dezelfde hoeveelheid producten.
Om voor elke Cubaan een pond rijst te kunnen garanderen, moeten we 5200 ton rijst aankopen. En zo verder voor elk product in het pakket basisvoedingsmiddelen: 5200 ton om één pond per persoon te garanderen.
Het land heeft voor zijn consumptie zo’n 700.000 ton rijst nodig, waarvan het grootste deel wordt ingevoerd.
De rijstprijzen op de wereldmarkt vertonen de laatste vijf maanden een opwaartse tendens en liggen al boven 430 dollar per ton. En de prijzen zullen naar verwachting verder stijgen door de toegenomen vraag ten opzichte van het ontoereikende aanbod en de hoge prijzen voor andere basisvoedingsmiddelen.
De waarde van veel voedingsmiddelen, van tarwe en andere granen tot vlees en oliën, is sterk gestegen. Dit is het gevolg van een aantal factoren, waaronder de stijgende meststof- en energieprijzen in het afgelopen jaar en vanwege het Russisch-Oekraïense conflict.
Uit de voedselprijsindex van de VN blijkt dat de prijzen 75% hoger liggen dan vóór de pandemie.
In haar laatste Food Outlook-rapport meldde de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) dat, door de hogere prijzen, dit jaar wereldwijd 49 miljard dollar extra zal worden besteed aan de invoer van voedsel.
Kip, het voedingsmiddel waar in deze tijden op wordt teruggegrepen, is ook in prijs gestegen. Dalende inkomsten, stijgende uitgavenGeldbronnen om deze stijgende prijzen op te vangen zijn schaars. De stijging van de nikkelprijzen sinds maart, na het uitbreken van de oorlog in Europa, is in ons geval goed nieuws, maar doet niets af aan de toenemende liquiditeitsbehoeften van het land.
Het toerisme, de activiteit die de schatkist van het land het meest doet rinkelen in termen van vers geld, zit weer in de lift, met 564.847 bezoekers tot en met mei volgens gegevens van het Nationaal Bureau voor Statistiek en Informatie (ONEI) van Cuba. Dat is evenveel als alle geregistreerde bezoekers in heel 2021.
Maar dit is niets vergeleken met 2017, toen er op 3 mei van dat jaar al 2 miljoen bezoekers naar Cuba kwamen; of 2018, toen datzelfde cijfer op 18 mei werd bereikt.
De suikeroogst was de magerste van deze eeuw, door lage landbouwopbrengsten en onvoldoende technische beschikbaarheid in de industrie. De stijgende suikerprijzen op de wereldmarkt zouden ons ten goede zijn gekomen als we een betere oogst hadden gehad.
Onze exportopbrengsten uit diensten zijn ook lager dan in voorgaande jaren. Dit wordt niet gecompenseerd door de lichte groei van de goederenuitvoer in de eerste vier maanden van het jaar.
Met dat beetje minder geld moet je gaan rekenen om te beslissen hoeveel je kunt uitgeven aan kip, olie, cytostatica, onderdelen voor thermo-elektrische centrales, landbouwproductiemiddelen. De blokkade van 12 miljoen per dagDaar komt nog bij dat de Verenigde Staten alle Cubaanse geldstromen wereldwijd tot op het bot vervolgen en dat de banken meer dan bang zijn voor de hoge boetes die Washington de financiële sector oplegt voor transacties met Cuba. Dit impliceert extra inspanningen om exportopbrengsten te kunnen ontvangen of om exportbetalingen te verrichten. Er zijn operaties die weken of maanden hebben geduurd omdat er geen mogelijkheid was om incasso’s of betalingen te verrichten. En het is nog erger geworden sinds januari 2021, toen Trump het op zich nam om ons het misleidende etiket van staatsponsor van terrorisme op te plakken.
Elke dag van de blokkade kost het land ongeveer 12 miljoen dollar in huidige prijzen. Kun je je voorstellen hoeveel meer we zouden kunnen doen? Hoeveel minder ingewikkeld onze berekeningen zouden zijn?”
Kunt u zich voorstellen dat elke dag van het jaar een andere gemeente in het land 12 miljoen dollar zou krijgen om te investeren in haar economische en sociale ontwikkeling?”
Een jaar, dat 365 dagen omvat (366 dagen in het schrikkeljaar 2020), zou het zelfs mogelijk maken om dat bedrag twee keer in het jaar aan elke gemeente te geven (we hebben er 168); en dan zouden er nog dagen over zijn om een derde ronde van 12 miljoen aan de 14 provinciehoofdsteden en de 15 gemeenten van Havana te geven.”
Kunt u zich voorstellen dat we die financiële capaciteit injecteren in onze bestaande begroting en wat elke gemeente int via grondbelasting?
Volgens de meest recente ramingen van de kosten van de blokkade gedurende één jaar zouden de verliezen voor Cuba in de orde van grootte van 5570,3 miljoen dollar liggen. Meer dan het dubbele van wat we voor één jaar aan voedsel importeren; een cijfer dat tien keer hoger ligt dan wat het land in 2022 kan uitgeven aan investeringen in de landbouw (meer dan 13.734 miljard peso – ongeveer 572 miljoen dollar). Keuzes maken en leidenDe opiniemakers op sociale media en kortzichtige theoretici zouden de handen uit de mouwen moeten steken en eens moeten nadenken over hoe we omgaan met ontoereikende financiën, een verscherpte blokkade, onverwachte klimatologische variabelen, wereldwijde inflatie, onderbroken logistieke ketens, om de behoeften van een heel volk te garanderen.
Leiding geven in tijden van crisis vereist besluitvaardigheid, creativiteit, collectieve intelligentie en wetenschap. We moeten onze roeiriemen stevig vastpakken en ons kompas recht houden. Dit is waar de Cubaanse regering zich op toelegt, hoewel zij niet altijd voldoende wordt bijgestaan door zakenlieden, intermediaire verantwoordelijken en ambtenaren.
Omgaan met een geblokkeerde economie, zonder voldoende bronnen van vers geld en met een opstapeling van problemen is een echte oefening in volharding en denkwerk. De liberale economie zou het dilemma gemakkelijk oplossen door veel mensen buiten de berekeningen te houden. Het socialisme moet en zal aan iedereen denken. Daarom moeten we zorgvuldiger over onze stappen nadenken en hebben we minder ruimte voor fouten.
Bron: Cubadebate