Op 7 mei zat voormalig president Luiz Inacio Lula da Silva al 30 dagen gevangen. Voor het eerst mocht hij bezoek ontvangen van zijn vrienden. Ik had de eer de eerste te zijn die hem bezocht, vanwege onze 30 jaar oude vriendschap en het feit dat we hetzelfde levensdoel delen: Bevrijding van de armen en versterking van de spirituele dimensie van het leven. Ik heb het evangelische voorschrift uit de bergrede voldaan: “
Ik zat in de gevangenis en jullie bezochten me”.
Ik vond hem zoals we hem kenden voordat hij gevangen werd gezet: hetzelfde gezicht, hetzelfde haar, dezelfde baard… alleen iets slanker. Degenen die gehoopt hadden hem boos of depressief te zien, zullen teleurgesteld zijn. Hij bruist van energie en hoop. Zijn cel is groot, zeer schoon, met ingebouwde kasten, en een badkamer en douche in een afgesloten ruimte. De eerste indruk is goed, ook al leeft hij in afzondering omdat hij, behalve met zijn advocaten en kinderen, alleen kan praten met de bewaker die van Oekraïense afkomst is, zachtaardig en oplettend en zijn bewonderaar is geworden. Hij brengt Lula zijn eten, warmer of koeler, en koffie wanneer hij daarom vraagt.
Lula accepteert het voedsel dat zijn kinderen hem brengen niet, omdat hij zoals de andere gevangenen wil eten, zonder voorrechten. Hij heeft de tijd om even in de zon te zitten. Maar de laatste tijd, als hij dat doet, verschijnen er drones. Uit voorzorg gaat Lula dan terug binnen, omdat het niet duidelijk is wat het doel van die drones is: foto’s maken, of misschien iets duisters.
Van onze discussies over politiek was het belangrijkste ons gesprek over spiritualiteit…. Lula is een religieus man, maar van de populaire soort, waarvoor Gods bestaan evident is. Ik vond hem een van mijn boeken lezen, De Heer is mijn Herder, een commentaar op de beroemde Psalm 23, één van de meest gelezen Psalmen, die ook door andere religies gelezen wordt. Hij voelde zich gesterkt en bevestigd, omdat de Bijbel over het algemeen kritisch is over pastoors/politici, en prijst wie voor de armen, de wezen en de weduwen zorgen. Lula vindt dat hij in die traditie thuishoort. Hij accepteert de kritiek niet die hem als een “populist” wegzet. Lula zegt: “
Ik behoor tot het volk, ik kom uit het volk en richt mijn beleid zoveel mogelijk op het volk”.
Aan het hoofd van zijn bed staat een kruisbeeld. Hij gebruikt de tijd in eenzame opsluiting om na te denken, te mediteren, om zoveel dingen in zijn leven te overdenken en om de fundamentele overtuigingen die betekenis geven aan zijn politieke daden te verdiepen, alles wat zijn moeder, Lindu (die hij beschouwt als zijn beschermer en inspirerende engel), vaak herhaalde: altijd eerlijk zijn, vechten en meer vechten. Lula ziet daarin de betekenis van zijn persoonlijke en politieke leven: een strijd voor waardigheid voor iedereen, en niet slechts voor enkelen ten koste van de anderen.”
De grootsheid van een politicus wordt afgemeten aan de grootsheid van zijn doel”,zei hij nadrukkelijk. Het doel moet zijn om iedereen een goed leven te geven, te beginnen met degenen die het minste hebben. Daarom accepteert Lula geen definitieve nederlaag. Hij wil ook niet op zijn gezicht vallen. Hij wil niet falen, maar altijd trouw blijven aan zijn fundamentele doel, en van de politiek een geweldig instrument maken om een leven van gerechtigheid en vrede voor iedereen te organiseren, vooral voor hen die in een hel van honger en ellende leven.
Zijn droom heeft een onmiskenbare ethische en spirituele grootsheid. Het is in het licht van deze overtuigingen dat Lula inerlijke rust bewaart, een waarheid, die zijn eigen kracht bezit, die op een dag duidelijk zal worden. “
Ik hoopte”, zei hij, “dat het zou gebeuren na mijn dood, maar het gebeurt al, zelfs nu, terwijl ik leef”. Hij is diep verontwaardigd over de leugens die over hem verspreid worden, op basis waarvan ze de triplexprocedure hebben opgezet. Hij vraagt zich af: “
Hoe kunnen deze mensen bewust liegen en toch rustig slapen? Hij daagt rechter Sergio Moro uit: “
Toon mij één enkel bewijsstuk dat ik eigenaar ben van de triplex (luxeappartement) Guaruja. Als u mij dat laat zien, zal ik mijn kandidatuur voor het presidentschap intrekken”.
Hij vroeg me om een boodschap door te geven aan de pers en de mensen in het kampement (nvdr: dat voor de gevangenis staat opgesteld als protest tegen Lula’s detentie) : “
Ik blijf kandidaat. Ik wil doorgaan met het redden van de armen, en een sociaal beleid in hun voordeel voeren, een echt overheidsbeleid, waarvan de ‘kosten’ – dat zijn eigenlijk investeringen – in de begroting worden opgenomen. Ik zal dit beleid voor de armen, met de armen, radicaliseren en van ons land een menswaardig land maken”.
Meditatie heeft hem doen inzien dat de gevangenis een betekenis heeft die hem, mij en de politieke geschillen overstijgt. Het zal dezelfde prijs zijn die Gandhi en Mandela hebben betaald: gevangenisstraf en vervolging, om te bereiken wat ze hebben bereikt. “
Dit geloof ik, en hoop ik”, zei hij, “dat dit het is wat ik nu doormaak”.
Ik die kwam om hem te bemoedigen, nam afscheid met nieuwe moed. Ik hoop dat ook anderen worden moed vinden en schreeuw “
Free Lula! tegen een Justitie die geen rechtvaardigheid biedt! – Leonardo Boff, Ecotheoloog en filosoof, Earthcharter CommissionAuteur van o.a.: ‘Fidel y la Religíon’, een lang interview met Fidel Castro