Na de frauduleuze verkiezingen in Honduras lijkt de democratie er uitgeteld, maar Samuel Zelaya wil met zijn organisatie het vuur van burgerparticipatie aanwakkeren. Hij wil dat de lokale bevolking zelf de gezondheidszorg in handen neemt. WJasper Rommel van FOS strikte hem voor een interview.
In een land waar de president door verkiezingsfraude aan de macht is gekomen en de democratie zwaar geschonden wordt, lijkt burgerparticipatie een verre droom. Toch is dat de doelstelling van gezondheidsplatform ALCISAHO in Honduras. Geïnspireerd door wat gaande is in El Salvador, voeren ze sociale audits uit in de gezondheidscentra. Samuel Zelaya, coördinator van ALCISAHO, legt uit.
Is het na de verkiezingsfraude in Honduras en de moorden op tal van activisten wel verantwoord om aan burgerparticipatie te doen?“Dat zijn net de redenen om het wel te doen! Het politiek panorama in Honduras is complex. We hebben een president die aan zijn tweede termijn bezig is, wat eigenlijk ongrondwettelijk is. Bovendien ging zijn herverkiezing gepaard met electorale fraude. Het feit dat Juan Orlando vandaag president is, tart alle verbeelding.
Maar net daarom willen we onze onwettige regering geen vrijgeleide geven. Het was vanaf het begin duidelijk wat de bedoeling van Juan Orlando was: de overheid ontmantelen en alles overdragen aan de privésector. Zo ook de gezondheidssector. Met de organisaties die deel uitmaken van onze koepel ALCISAHO hebben we beslist om een zo sterk mogelijke tegenmacht te organiseren en te proberen om het beleid bij te sturen. Een voorbeeld daarvan zijn sociale audits in de gezondheidszorg. Samen met onze achterban voeren we controles uit in de gezondheidscentra. Op basis van de resultaten klagen we de tekortkomingen aan bij de directie en de beheersraad. We stellen een verbeteringsplan voor dat we opvolgen. Maar minstens even belangrijk: we formuleren ook een alternatief voor de huidige gezondheidspolitiek.”Vanwaar komt het idee van sociale audits? “We werken al enkele jaren samen met FOS. Dankzij een uitwisseling met de organisatie ACCPS in El Salvador, waar FOS ook mee samenwerkt, leerden we het concept kennen. We konden zelf deelnemen aan een sociale audit in El Salvador en kregen uitleg over het proces. Vol enthousiasme namen we het over, maar al snel stelden we vast dat de context erg verschillend is en dat je dus ook je werkwijze moet aanpassen.
Vorig jaar namen we de tijd om zelf een instrument te ontwikkelen dat aangepast is aan onze realiteit en deden we een eerste pilootproject in vier gemeentes. We voeren nu sociale audits uit in eerste- en tweedelijnsgezondheidscentra. We doen dit door interviews met de directie, met personeel, met de zorgvragers en door eigen observaties. We controleren of alle wettelijke standaarden en procedures worden nageleefd. Maar dat is niet alles: we voeren ook een financiële controle uit en onderzoeken als er in het gezondheidscentra aandacht is voor preventieve gezondheidszorg en voor de sociale determinanten van gezondheid.” Boekten jullie al concrete resultaten?“Een eerste resultaat is dat we met dit objectief meetinstrument de situatie in vier gezondheidscentra in kaart hebben kunnen brengen. We stelden een schrijnend gebrek aan personeel en middelen vast, een erbarmelijke infrastructuur en weinig transparantie over het gebruik van de financiële middelen.
Dat heeft allemaal concrete gevolgen voor de zorgvragers. Een patiënt met een dringende doorverwijzing kon pas twee maanden later op consult. In een van de ziekenhuizen kan men geen mammografie meer uitvoeren omdat het nodige materiaal ontbreekt. De patiënten worden er doorverwezen naar privépraktijken. Een ander ziekenhuis biedt niet alle specialisaties aan waarover het wettelijk moet beschikken. Resultaat: patiënten moeten zich verplaatsten naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis, op vier uur rijden. In een ander centra stelden we vast dat het medisch afval niet volgens de juiste procedures verwerkt wordt. Het was niet alleen onhygiënisch en zo een mogelijke ziekteverwekker, maar ook erg gevaarlijk voor het personeel én voor de arbeiders bij de ophaaldienst.
Centra moeten ook beter omgaan met patiënten. Vooral op de afdeling verloskunde en gynaecologie klagen veel vrouwen over een botte behandeling. Het gebrek aan ‘patiëntvriendelijkheid’ is een van de redenen waarom Hondurezen aarzelen om naar een gezondheidscentrum te gaan.”
“We deden nog een interessante vaststelling. In Honduras worden sommige gezondheidscentra centraal beheerd, door het ministerie van Gezondheid. Andere centra zijn dan weer ‘gedecentraliseerd’, wat betekent dat ze in handen zijn van de lokale overheid, die de centra op haar beurt bijna altijd in onderaanneming geeft van een ‘stichting’ of vzw. Het is eerder de regel dan de uitzondering dat die stichting eigendom is van een lokaal politicus. Eigenlijk is het een verkapte vorm van privatisering en gaat het vaak gepaard met corruptie.
Het oorspronkelijke plan van de president en de minister van Gezondheid was om die ‘decentralisatie’ verder te zetten, zogezegd omdat de centrale overheid niet in staat is om klinieken efficiënt te runnen en omwille van de grote corruptie. Gezien ‘decentralisatie’ in Honduras in de praktijk gelijk staat aan privatisering, is het middenveld daar sterk tegen gekant.
Wat stellen we nu vast? De kinder- en moedersterfte ligt een stuk hoger in de gedecentraliseerde centra dan in de gecentraliseerde centra waar we onze controles uitvoerden. Op basis van vier audits kan je nog geen conclusies trekken – er zijn mogelijks ook andere factoren in het spel – maar we eisen wel een moratorium op de verdere decentralisering tot er een grondige studie komt. In de gedecentraliseerde centra waar we een audit uitvoerden, stelden we trouwens ook hogere administratiekosten en een slechtere toepassing van de procedures vast.”Hoe denken jullie de gezondheidspolitiek echt te kunnen beïnvloeden?“Op korte termijn is de politieke conjunctuur belangrijk. Zoals ik eerder zei, hebben we een onwettige president in Honduras. Juan Orlando is in het zadel kunnen blijven door de erkenning van de VS en de rest van de internationale gemeenschap die de VS volgde. Maar door de hevige straatprotesten, waarbij doden gevallen zijn, is hij politiek beschadigd. Juan Orlando slaagt er niet in om beleid te voeren, omdat hij al ruim een jaar af te rekenen krijgt met protesten van de bevolking, tegenkanting in het parlement en binnen zijn eigen partij en om dat hij van het ene schandaal in het andere terechtkomt.”Als we echt iets willen veranderen in Honduras, zal dat enkel kunnen met druk en participatie van onderuit.“De media pikten in augustus vorig jaar schrijnende verhalen in de gezondheidszorg op en publiceerden ophefmakende foto’s. Bijvoorbeeld van vrouwen die pas bevallen zijn en een bed moeten delen en pasgeboren baby’s die met drie in een bedje liggen. De president kon niet anders dan reageren en riep de ‘noodtoestand in de gezondheidszorg’ uit. Hij stelde een speciale commissie aan bij decreet die een hervorming moet uitwerken. De regering zag dat als een opportuniteit om het privatiseringsproces te versnellen, met het argument dat het publieke systeem aantoonbaar niet werkt. Maar er kwam reactie van vakbonden, middenveldorganisaties, de Orde van Geneesheren en van de parlementaire oppositie. We moeten heel waakzaam blijven. We krijgen tegenstrijdige signalen, maar het lijkt erop dat de regering het geweer van schouder veranderde. De minister van Gezondheid werd vervangen en de nieuwe minister nodigde ons recent uit om onze voorstellen te bespreken.
We hebben de indruk dat Juan Orlando na alle schandalen eindelijk eens een politiek succesje wil boeken en daarvoor bereid is om in dit dossier zware toegevingen te doen. We zagen dat eerder trouwens ook bij de loononderhandelingen, waar de overheidsvakbonden de grootste loonopslag in jaren konden onderhandelen. In de huidige conjunctuur zien wij echt een opportuniteit om te wegen op de nieuwe wetgeving die in de maak is. Dit is echt een momentum voor ons, enerzijds om onze stempel op die wetgeving te drukken, anderzijds om ons op de kaart te zetten als gesprekspartner.”Optocht in Honduras voor de vermoorde klimaatactivist Berta Cáceres.beeldEn voorbij die conjunctuur?“We zijn er ons van bewust dat ons platform niet zwaar genoeg weegt om op lange termijn door de overheid gezien te worden als een structurele gesprekspartner. Daarom willen we partners zoeken om samen een nationaal gezondheidsplatform uit te bouwen, geïnspireerd op het voorbeeld van El Salvador. We doen dat op vandaag al met vakbonden uit de gezondheidssector en uit een aantal sterke industriesectoren, maar we moeten nog verbreden. We willen de hand reiken naar het brede middenveld – andere gezondheidsorganisaties, vakbonden, vrouwenbewegingen, sectororganisaties – om onze slagkracht en representativiteit te versterken. Dan kunnen we de uitvoerende en wetgevende macht dwingen om structureel met ons in dialoog te gaan. De resultaten van onze sociale audits kunnen dan ook dienen als input voor die dialoog.
Maar nog belangrijker is om de bevolkingsparticipatie hoog te houden. Er is nu enthousiasme bij onze achterban voor de sociale audits, we moeten de mensen actief blijven betrekken bij de opvolging. Als we echt iets willen veranderen in Honduras, zal dat enkel kunnen met druk en participatie van onderuit.”Denk je dat sociale audits ook een idee zouden kunnen zijn voor België?“Het principe van sociale audits kan je overal toepassen. Niet alleen in het gezondheidsdomein. Zolang je mensen hebt die bereid zijn om op te komen voor hun rechten en een context die ook maar een minimum aan ruimte toelaat voor burgerparticipatie, kan je aan de slag. Je moet het instrument natuurlijk wel aanpassen aan de context van het land. Wij hoorden hier over de grote klimaatprotesten in België. Wat houdt jullie tegen om sociale audits te doen op vervuilende bedrijven, op subsidiestromen of op het klimaatbeleid van de regering?”Jasper Rommel