In 1998 brengt paus Johannes Paulus II een historisch bezoek aan Cuba. De economische heropleving zet zich verder. Om de sociale gevolgen van de Speciale Periode op te vangen wordt een Batalla de Ideas gelanceerd.* In januari 1998 brengt paus Johannes Paulus II een historisch bezoek aan Cuba. Tegenstanders van de revolutie hopen dat zijn grote uitstraling een destabiliserend effect zal hebben, zoals dat het geval was in Polen in de jaren tachtig. Maar het omgekeerde is waar. De reis draait uit op een morele overwinning en haalt Cuba uit zijn diplomatiek isolement. Een jaar later boekt Cuba een tweede diplomatiek succes. In november 1999 gaat de negende Ibero-Amerikaanse top door in Havanna. De Spaanse koning Juan Carlos is er aanwezig. De top veroordeelt expliciet de Helms-Burton wet en roept de VS op om de economische blokkade te beëindigen, net zoals de paus een jaar eerder had gedaan. Er is nog meer goed nieuws. In 1998 wordt Hugo Chávez verkozen tot president van Venezuela. Het is het begin van een nauwe samenwerking tussen beide landen. In november 1999 wordt Elián González meegenomen door zijn moeder voor een illegale overtocht naar de VS, zonder medeweten van de vader. Maar het bootje leidt schipbreuk en de meeste inzittenden komen om. Elián is één van de weinige overlevenden. Hij is amper vijf jaar en wordt ondergebracht bij familie in Miami. Aangespoord door de maffia weigeren die het kind terug te geven aan zijn vader. Dat veroorzaakt een storm van verontwaardiging in Cuba. Honderdduizenden Cubanen komen spontaan de straat op, artiesten geven benefietoptredens in heel het land. Pogingen om de vader om te kopen vangen bot en uiteindelijk kan het kind in juni 2000 terugkeren naar Cuba. De gebeurtenissen en de spontane mobilisaties van de bevolking zijn het begin van wat men de ‘Batalla de Ideas’ (Ideeënstrijd) is gaan noemen. Dat is een reeks van een tweehonderdtal programma’s bedoeld om sociale omstandigheden te verbeteren en het culturele en politieke bewustzijn te verhogen. Het is ook een antwoord op de sociale malaise veroorzaakt door de zware economische crisis van begin de jaren negentig. Enkele voorbeelden: dertigduizend maatschappelijk assistenten worden versneld opgeleid om de verborgen sociale noden op te sporen en op te lossen; in het lager onderwijs wordt het aantal leerlingen per klas gehalveerd; universitaire opleidingen worden op gemeentelijk vlak aangeboden, ook voor werkenden; er zijn speciale programma’s voor bejaarden enzovoort. Deel 1: De koloniale periode en de onafhankelijkheidsstrijd Deel 2: De Republiek (1902-1953) Deel 3: De gewapende strijd (1953-1959) Deel 4: De revolutie krijgt vorm (1959-1960) Deel 5: Ontstaan en uitbouw van het socialisme (1961-75) (1) Deel 6: Ontstaan en uitbouw van het socialisme (1961-75) (2) Deel 7: Verdere uitbouw van het socialisme (1975-1986) Deel 8: De Rectificatie (1986-1989) Deel 9: De Speciale Periode (1990-) Deel 10: Hervormingen en diplomatiek isolement (1994-1998) Deel 12 (slot): Bush, ALBA, Fidel en Raúl (2003-) Tijdslijn Noten: * Dit artikel verscheen in gewijzigde vorm in Demuynck K. & Vandepitte M., De Factor Fidel, Antwerpen 2008, hoofdstuk 1.