Mediamanipulatie gebeurt doorgaans subtiel. Feiten worden verdraaid, verzwegen of in een bepaalde framing gezet. Echte leugens of vervalsingen zijn uiterst zelden. De afgelopen week was er echter een straf staaltje van te zien. En het gaat hier niet echt over een uitschuiver. Kroniek van aangekondigde straatprotestenOp 15 november zou het gebeuren in Cuba. In navolging van de betogingen op 11 juli zouden de Cubanen massaal de straat opkomen. Al weken was er daarover veel ‘lawaai’ te horen op sociale media.
Dat lawaai werd voornamelijk veroorzaakt door Cubanen in de VS en door een aantal zogenaamde ‘oppositiefiguren’ op het eiland. In september gaf de regering Biden bijna 7 miljoen dollar aan 12 organisaties die het straatprotest zouden organiseren. Sommige van die ‘opposanten’ worden zelfs betaald door organisaties in Miami die in het verleden terreuraanslagen hebben beraamd tegen Cuba. Over die terreurnetwerken is in 2019 een mooie Netflix film uitgebracht: Wasp Network.
De sociale media-activisten werden niet alleen financieel beloond, ze kregen ook morele en politieke ruggensteun vanuit de VS. VS-politici en grote media speelden voor megafoon. In de dagen en weken vóór 15 november werd in de media in de VS buzz gecreëerd over de aangekondigde straatprotesten.
Congresleden spraken zich uit over de kwestie en niemand minder dan Anthony Blinken, de minister van Buitenlandse Zaken, vond het nodig om zich te mengen. Een dag voor de geplande straatprotesten, 14 november, zond hij een perscommuniqué uit met een nauwelijks verholen oproep aan de Cubanen om de straat op te gaan. Stel je voor dat president Erodogan of zijn minister van Buitenlandse Zaken landgenoten in België zou oproepen om op straat komen. Koortsachtig op zoek naar betogers Probleem was echter dat op 15 november niemand de straat opkwam. Er waren geen betogers. Dat strookte natuurlijk niet met de berichtgeving die men vooraf had gegeven en ook niet met de verwachtingen. Vermits er geen volk op straat kwam ging NBC, een van de grote mediaspelers in de VS,[1] dan maar koortsachtig op zoek naar beelden op het net van protesten tegen de Cubaanse regering.
Desnoods beelden van regeringsbetogingen om die als contramanifestaties te presenteren. Dat procedé was al gebruikt bij de betogingen van 11 juli. Toen werd een foto van zogenaamde betogers tegen de Cubaanse regering in tientallen media en belangrijke kranten als New York Times en The Guardian verspreid. Het was een straf staaltje fake news, want het ging niet om tegenbetogers maar om aanhangers van de Cubaanse revolutie.
Deze keer was het opnieuw prijs. Om het verzet tegen de Cubaanse regering te illustreren koos NBC een foto van actievoerende jongeren met rode sjaals. Wellicht hadden de correspondenten van deze TV-zender hun cursus fake news nog niet helemaal afgerond, want ze kozen helaas toevallig een beeld waarop de Cubaanse president Miguel Diaz-Canel samen met tal van andere jonge Cubanen actie aan het voeren was om het Cubaans socialisme te ondersteunen…Het ruimer plaatje De fotovervalsing is geen uitschuiver, maar een doelbewuste strategie. Doorgaans bezondigen mainstream media zich niet aan zo’n platte manipulaties. Meestal gebeurt de framing op een subtiele manier. Maar bij landen die niet in het Westers kamp zijn permitteert men zich blijkbaar veel meer. Daar draait men zijn hand niet om voor onvervalste leugens en fake news.
De mediamanipulatie, het lawaai in de sociale media en het proberen uitlokken van straatprotesten staan niet op zichzelf, maar zijn onderdeel van een bredere strategie.
Cuba gaat op dit moment door een zeer moeilijke periode. Door de combinatie van de pandemie, het wegvallen van het toerisme, de aangescherpte economische blokkade, de hoge voedselprijzen en de brandstoftekorten als gevolg ervan, worden de Cubanen bijzonder hard getroffen. Dat veroorzaakt uiteraard veel ongenoegen bij de bevolking. Het is precies op dit ongenoegen dat de regering Biden op een cynische manier probeert in te spelen.
Het uitlokken van straatprotesten is een procedé dat in de zogenaamde kleurenrevoluties[2] met succes is uitgeprobeerd door de VS en Westerse bondgenoten. Vandaag is dat procedé nog gemakkelijker te hanteren dankzij de sociale media.
In Cuba komt die aanpak echter niet van de grond. Het ongenoegen over de dagelijkse ongemakken is zeer groot, maar vertaalt zich niet in dissidentie, tenzij zeer marginaal. Het vertrouwen in de regering blijft groot.
En ja, er zijn veel klachten over wat er allemaal fout gaat en wat zou moeten verbeteren in het land, maar Cubanen zien ook de belangrijke verwezenlijkingen van hun systeem, o.a. onderwijs en gezondheidszorg die met kop en schouders uitsteken boven de rest van Latijns-Amerika. De meeste Cubanen maken zich op dit moment meer zorgen over het herstel van hun economie, over de heropening van de scholen en de heropstart van het toerisme na bijna twee jaar pandemie, dan over een regeringswissel.
Sinds de jaren zestig is het de obsessie van Washington om de Cubaanse revolutie te vernietigen. Wie hoopte dat Biden de draad van de voorzichtige toenadering van zijn chef Obama in 2016 zou oppikken, is een illusie armer. Het zal dus niet bij de mislukte pogingen van 11 juli en 15 november blijven. Wordt ongetwijfeld vervolgd. Notes: [1] NBC is een mediaconglomeraat met meer dan 200 aangesloten televisiestations.[2] Bij een kleurenrevolutie probeert men van buitenaf het bestaand ongenoegen bij de bevolking aan te wakkeren en te mobiliseren met de bedoeling om een regimewissel door te voeren. Het procedé werd door de VS o.a. in Joegoslavië, Georgië, Oekraïne en Kyrgyzstan met succes doorgevoerd.