Het goedkeuringsproces van de recent gesloten overeenkomst tussen de Europese Unie en Cuba is begonnen, maar de Verhofstadt-fractie in het Europees Parlement wil stokken in de wielen steken.
Drie jaar onderhandelenEind april 2014 begonnen de Europese Unie en Cuba in Havana met de onderhandelingen over een Overeenkomst inzake politieke dialoog en samenwerking tussen de EU en Cuba[1]. Er volgden nog vijf ronden in afwisselend Havana en Brussel, en begin maart 2016 zaten de onderhandelaars voor de zevende keer samen. In december van dat jaar waren alle onderhandelaars het over de definitieve tekst eens. In maart 2017 keurde de Belgische ministerraad een wetsontwerp goed om de overeenkomst te ratificeren. De Raad van State moet er nog zijn advies over geven, en dan kan het in de federale en de regionale parlementen ter goedkeuring worden voorgelegd. De overeenkomst moet ook door alle andere lidstaten van de EU worden geratificeerd.
Historisch akkoordDe EU – vooral Spanje – is de belangrijkste handelspartner van Cuba, maar deze overeenkomst is de eerste ooit afgesloten tussen de EU en Cuba en bepaalt het nieuwe wettelijke kader van de EU-Cuba relaties. De overeenkomst voorziet in een versterkte politieke dialoog, een verbeterde bilaterale samenwerking en de ontwikkeling van gemeenschappelijk optreden in multilaterale fora. Deze overeenkomst beoogt de ondersteuning van het overgangsproces van de Cubaanse economie en samenleving en de bevordering van de dialoog en de samenwerking met het oog op de aanmoediging van duurzame ontwikkeling, democratisering en mensenrechten en het vinden van gemeenschappelijke oplossingen voor de globale uitdagingen, aldus de mededeling van de ministerraad[2].
De overeenkomst valt uiteen in drie belangrijke hoofdstukken: politieke dialoog, samenwerking en sectorale beleidsdialoog en handel en handelssamenwerking.
De inleidende motivering van de overeenkomst beklemtoont dat beide partijen hun banden willen consolideren, de politieke dialoog, samenwerking en economische en handelsbetrekkingen willen versterken, in een geest van wederzijds respect en gelijkheid. De tekst stelt ook uitdrukkelijk dat de soevereiniteit, de territoriale integriteit en de politieke onafhankelijkheid van Cuba moeten worden geëerbiedigd. Daarnaast bevat de tekst ook bepalingen over het respect voor de mensenrechten, de democratie en de rechtstaat, de vreedzame beslechting van geschillen, conform het internationaal recht, bestrijding van drug- en mensenhandel, corruptie en witwassen, terrorisme, enz.
De tekst herhaalt ook het bezwaar “tegen eenzijdige dwangmaatregelen met extraterritoriale gevolgen, in strijd met het internaat recht en de beginselen van de vrije handel, en zich verbindend tot de afschaffing ervan”, waarmee alleen de VS-blokkade tegen Cuba kan worden bedoeld.
De overeenkomst wil ook het strategisch partnerschap tussen de EU en de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caribische landen (CELAC) versterken.
De overeenkomst voorziet in een samenwerking op zowat alle gebieden van het maatschappelijk en economisch leven. De overeenkomst is geenszins een soort vrijhandelsakkoord maar een zeer breed samenwerkingsakkoord, met o.a. aandacht voor het genderperspectief, het milieu en het klimaat. Eenmaal in werking kan de overeenkomst een basis vormen voor een zeer vruchtbare samenwerking tussen Cuba en de lidstaten van de EU.
Liberalen in het verzetMet de overeenkomst wordt de “common position” uit 1996 – die er kwam op initiatief van de Spaanse rechtse Partido Popular en Cuba in het verdomhoekje zette wegens ‘schending van de mensenrechten’ – definitief begraven. De overeenkomst biedt Cuba ongetwijfeld goede vooruitzichten. De rechtse krachten geven de strijd tegen Cuba echter niet op. De Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa (ALDE)[3], met onze ex-premier Guy Verhofstadt als voorzitter, blijft eisen dat het respect voor de mensenrechten een sleutelrol moet spelen in de besprekingen tussen Cuba en de EU. “
De veranderingen die in Cuba plaatsvinden zijn grotendeels kosmetisch en het middenveld (de ‘civiele maatschappij’) wordt er niet bij betrokken. (…)[4], jammeren vicevoorzitters van de ALDE Pavel Telicka en Ferando Maura geheel ten onrechte, en “we zullen het Castroregime geen vrijgeleide geven. Meer respect voor fundamentele en mensenrechten en de vrijlating van alle politieke gevangen zijn niet voor onderhandelingen vatbaar”. In dat kader organiseert de ALDE regelmatig bijeenkomsten in het Europees Parlement waarop dan een aantal Cubaanse dissidenten worden uitgenodigd.
Pavel Telicka, de Tsjechische vicevoorzitter van de ALDE, hamert er – uiteraard in naam van de mensenrechten en de vrijheid – op dat de EU “de Cubaanse oppositie moet horen en ondersteunen voor de overeenkomst wordt goedgekeurd en uitgevoerd en dat er op dat gebied substantiële vooruitgang moet komen voor de EU economische toegevingen aan Cuba doet”[5]. De overeenkomst stelt heel duidelijk dat de samenwerking zal worden uitgevoerd door diverse maatschappelijke actoren, overeenkomstig de relevante procedures in de EU en in Cuba, en met inbegrip van instellingen van de Cubaanse overheid, lokale autoriteiten, internationale organisaties en hun agentschappen, de ontwikkelingsagentschappen van de lidstaten van de EU, en van het maatschappelijk middenveld, met inbegrip van wetenschappelijke, technische, culturele, artistieke, sportieve, op vriendschap en solidariteit gerichte verenigingen, sociale organisaties, vakbonden en coöperaties[6]. Een vijandige oppositie die zelfs de grondwettelijk regels en historische keuzes van het Cubaanse volk niet aanvaardt behoort daar duidelijk niet toe. Ter informatie, de ALDE ontvangt ook graag de Venezolaanse oppositie, en eist o.a. dat Venezuela “naar de democratie en de vrije markt terugkeert”[7]. Als we zien hoe de vrienden van de ALDE in Venezuela bezig zijn, dan zegt dat misschien iets over de toekomst die zij voor Cuba in petto heeft!
Mensenrechten en dialoogEr staat in de overeenkomst dus meer dan een artikel dat op het respect voor de mensenrechten wijst, maar ook dat “alle volkeren het recht hebben hun politieke stelsel vrij te kiezen en in vrijheid te streven naar economische, sociale en culturele ontwikkeling”[8]. De overeenkomst voorziet trouwens in “een mensenrechtendialoog, met als doel de praktische samenwerking tussen de partijen zowel op multilateraal als op bilateraal niveau te bevorderen. De agenda voor elke dialoogsessie wordt door de partijen overeengekomen, is de weerspiegeling van hun respectieve belangstelling en beoogt op een evenwichtige manier burgerrechten en politieke rechten, en economische, sociale en culturele rechten aan te pakken”[9]. Alleen zal Cuba niet verplicht kunnen worden om daar ook opposanten bij te betrekken. Dat is ook logisch als je zegt de soevereiniteit van een land te respecteren. De overeenkomst stelt verder dat de samenwerking het resultaat moet zijn van een dialoog, en dat de deelname van alle relevante actoren aan het ontwikkelingsbeleid moet worden bevorderd[10]. Er wordt overigens ook voorzien in een specifieke dialoog over de agenda voor duurzame ontwikkeling 2030, en ook de doelstelling (voor de ontwikkelde landen) om 0,7% van het bruto nationaal inkomen voor officiële ontwikkelingshulp te reserveren wordt als noodzakelijk bestempeld (hallo Decroo?).
Benieuwd hoe onze federale en regionale parlementsleden op de ratificatie van deze overeenkomst zullen reageren. Wij willen ze alleszins oproepen om de overeenkomst goed te keuren en de betrekkingen tussen de EU en Cuba eindelijk volledig te normaliseren. Dat is in het voordeel van zowel de Cubanen als de Europeanen. [1] eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?qid=1495811819385&uri=CELEX:22016A1213(01)[2] www.presscenter.org/nl/pressrelease/20170323/instemming-met-de-overeenkomst-inzake-politieke-dialoog-en-samenwerking-tussen[3] De ALDE bezet 66 van de 748 zetels van het Europees Parlement en is daarmee de vierde grootste fractie, na die van de christen-democraten, sociaal-democraten en conservatieven.[4] alde.eu/en/news/38-respect-for-fundamental-rights-a-non-negotiable-condition-in-eu-cuba-negotiations/[5] alde.eu/en/news/784-eu-cuba-agreement-respect-for-human-rights-and-individual-freedoms-must-be-at-its-core/[6] Artikel 19 van de Overeenkomst.[7] alde.eu/en/news/26-venezuela-must-return-to-democracy-and-the-free-market-spanish-version-included-below/[8] Artikel 1, punt 6 van de Overeenkomst.[9] Artikel 5 van de Overeenkomst.[10] Artikel 16 van de Overeenkomst.