VS-president Trump dreigde in zijn VN-toespraak opnieuw met militaire actie tegen Venezuela. Vijf Latijns-Amerikaanse landen sloten zich daar eerder bij aan, maar alleen buurland Colombia lijkt echt gebrand op een militaire invasie. Ingeroepen reden is de mensenrechtensituatie – vreemd argument voor een land met de reputatie van Colombia. De echte redenen zijn volgens Guido De Schrijver dezelfde als altijd: economische belangen.
Wie is gebaat bij een oorlog in Latijns-Amerika? Allereerst de VS volgens het aloude devies: wie niet horen wil moet voelen. Wie niet in de pas loopt – onze pas – zal het geweten hebben. Zelf zullen de VS waarschijnlijk niet overgaan tot militaire actie. Wel creëren ze een klimaat met desnoods ‘fake news’ als glijmiddel om het idee van een oorlog erin te krijgen, tot een of andere staat bereid blijkt om namens hen tot de daad over te gaan. Al geruime tijd is Luis Almagro, Uruguayaans secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) bereid het pad te effenen voor een militaire invasie in Venezuela. Zijn oorlogszucht leverde hem de afkeer op van voormalig Uruguayaans president José Mujica. Het was nochtans deze laatste die zijn voormalige minister van buitenlandse zaken steunde voor het bereiken van de hoogste top van de Latijns-Amerikaanse politiek.
De ‘Groep van Lima’ is de oorlogsoptie tegen Venezuela alvast genegen. Deze groepering werd in 2017 in het leven geroepen als reactie op de politieke crisis in Venezuela en bestaat uit 14 landen. Argentinië, Brazilië, Canada, Chili, Colombia, Costa Rica, Guatemala, Honduras, Mexico, Panama, Paraguay en Peru ondertekenden op 8 augustus 2017 een gemeenschappelijke verklaring, waar Guyana en Santa Lucia zich later bij aansloten. Uiteindelijk lieten de meeste landen van de groep de oorlogsoptie varen, op vier na, waaronder Colombia, het buurland van Venezuela.
Ook de VS beginnen sinds kort op eieren te lopen. Waarom? Enerzijds wordt gedacht aan waarschuwende verklaringen van de VN. Daarnaast was er ook het al te ijvere ongeduld van OAS-secretaris-generaal Luis Almagro, waardoor de meeste lidstaten van de Groep van Lima zich afkeerden van een oorlogsscenario. En ten derde wordt verwezen naar het onverwacht succes van het ‘Plan Terugkeer naar het Vaderland’ van de Venezolaanse regering, dat zich richt tot de 2,5 miljoen Venezolanen die de voorbije jaren het land hebben verlaten, met een recente piek in 2018.
VS-troepen in zeven Colombiaanse basissenColombia blijft als enig land echter pal achter de oorlogsoptie staan. Op dit ogenblik zijn Amerikaanse troepen gelegerd in zeven Colombiaanse militairen basissen. Wel is het zo dat in Colombia over deze zaak niet iedereen op één lijn staat. De politieke kaders van Álvaro Uribe, voormalig president van Colombia en oprichter van meerdere paramilitaire bendes, gaat resoluut voor oorlog. Huidig president Iván Duque, nochtans een beschermeling van Uribe, is meer terughoudend.
Niettemin vindt Francisco Santos, nieuw Colombiaanse ambassadeur in Washington, dat militaire actie tegen Venezuela niet uit te sluiten valt. Eerder liet Amerikaans senator Marco Rubio zich al ontvallen dat “de samenwerking tussen de VS en Colombia in militair opzicht en het zoeken naar bewijzen tegen de Venezolaanse regering van Nicolás Maduro moet opgedreven worden”.
Onder de tactieken die Colombia gebruikt tegen de Venezolaanse regering zijn de ‘falsos positivos,’ valse aanklachten. Die tactiek werd al ingezet toen Hugo Chávez nog president van Venezuela was. Alleen al tijdens de maand september uitte Colombia een aanklacht tegen twee zogezegde invallen van Venezolaanse militairen op Colombiaans grondgebied.
Wat brengt staten uiteindelijk tot oorlog?
Die zijn altijd en overal dezelfde, economische belangen, uitbreiding van grondgebied, het winnen van grondstoffen en mineralen of geostrategische belangen. In het artikel Intereses y razones por las que Colombia busca prender un conflicto con Venezuela van 20 september (Belangen en redenen waarom Colombia een conflict met Venezueal zoekt) citeert een groep Venezolaanse journalisten en onderzoekers de redenen waarom Colombia, als enige actor naast de VS, zo gebrand is op een oorlog tegen Venezuela.
Een van de economische belangen waar Colombia op aast is een toegangsroute naar de Caraïbische Zee doorheen het meer van Maracaibo, zo groot als het Vlaams Gewest. Het is geen echt ‘meer’ omdat het een rechtstreekse toegang heeft tot de zee en brak water (mengsel van zout en zoet) bevat. Zeeschepen tot een bepaalde grootte kunnen het meer opvaren. Het gelijknamige zeebekken van Maracaibo aan de doorgang naar het meer bevat enorme hoeveelheden ruwe aardolie, de grootste reserve ter wereld. Reeds eeuwen is de stad Maracaibo aan de doorgang naar de zee de belangrijkste haven in de regio.
Op zijn dichtste punt is het meer slechts 110 kilometer verwijderd van de grens met Colombia. Alle afgeleide producten van de mijnbouw in het Colombiaanse binnenland (die volledig in handen van buitenlandse multinationals zijn), zoals koffie en steenkool, zouden langs het meer een veel kortere en voordelige uitvalsbasis hebben richting de Caraïbische Zee tegenover de huidige Colombiaanse havens aan de Atlantische en de Stille Oceaan. Ook de nog steeds bloeiende cocaïnehandel in Colombia, de belangrijkste producent in de wereld, zou er wel bij varen.
Van strategisch belang is ongetwijfeld ook de Venezolaanse aardolie. Volgens een berekening van de overheidsdiensten in Colombia zou het land vanaf 2021 niet langer kunnen rekenen op zelfvoorziening van aardolie. Indien een militaire invasie in Venezuela tot een succes leidt zou Colombia de enorme petroleumreserves van Venezuela controleren. Colombia is een economie die grotendeels gedijt op de cocaïnehandel. Voor die productie is veel energie nodig. Voor de productie van één kilogram cocaïne is ongeveer 629 liter petroleum nodig. Petroleum is dus dubbel belangrijk voor Colombia.
UIteraard zijn ook de VS geïnteresseerd om, zoals vroeger, de olieproductie van Venezuela terug onder controle te krijgen, zoals voor Hugo Chávez president werd in 2000. Bij zijn recent bezoek aan China in september sloot Venezolaans president Maduro een contract voor de levering van 1 miljoen vaten per dag. Reden te meer om in te grijpen.
Bron: De Wereld Morgen