Bij de dood van G W. Bush: “ Ex-president Georg W. Bush, die de VS in een desastreuze oorlog stortte met Irak, onder het valse voorwendsel dat er massavernietigingswapens waren, en die het gebruik van foltering tegen buitenlandse gevangenen goedkeurde, in strijd met de Conventie van Genève en alle internationale wetten, is vandaag gestorven …’Neen bush is niet dood. Maar moest dat dezer dagen gebeurd zijn, kan je ervan op aan dat dit niet het begin van de mediaverslaggeving zou geweest zijn over zijn overlijden.
Waarom dan is ‘brutale dictator’, ‘moorddadige tiran’, enz., de standaardopening en -vaak het enige – punt als de mainstreammedia in het westen schrijven over de dood van de voormalige Cubaanse leider Fidel Castro?
Mocht je het nieuws hebben gemist, hier een bloemlezing:Castro’s lijk was nog warm toen CNN zijn dood zo aankondigde: “ Fidel Castro, de Cubaanse despoot, …’ Ook The New York Times begon hem al te beledigen in de eerste paragraaf: “ Hij bracht de koude oorlog naar de westerse hemisfeer” en “ bracht de wereld op de rand van ene kernoorlog”, tijdens de rakettencrisis. The Washington Post: “ Een van de meest brutale dictators van de moderne geschiedenis, is net gestorven”De berichtgeving daags nadien was niet genuanceerder:The Sunday Times uit London: “Een moorddadige tiran … een gepatenteerde ideoloog die Moskou slaafs volgde in de weg naar verpaupering, buitenlands avonturisme en dictatuur”. The Guardian: “ een manipulatieve ideoloog, een onderdrukker en onversaagd vervolger van al wie zijn wil durfde weerstaan..”Je zou denken dat de Canadese media, waar we ononderbroken diplomatieke, commerciële en menselijke relaties onderhouden met Cuba, beter weten. Helaas:Met tegenzin voorafgegaan door het obligate “ communistisch Cuba maakte vooruitgang m.b.t. onderwijs en gezondheid …” voerden de editorialisten van Globe en Mail het ongelooflijke argument aan dat de dictatuur en massarepressie van het pre-Castroregime “ één van Latijns-Amerika’s rijkste en meest ontwikkelde landen was”, voor Castro er “een zootje van maakte”.
Dat opende de weg voor Globe columniste Margaret Wente; “Fidel Castro was een mislukking op alle vlak. Hij wou zijn volk geen vrijheid geven en kon hen zelfs geen brood geven. We zouden moeten dansen op zijn graf.” Je zou willen dat Wente in het vervolg betere bronnen zou plagiëren. Wel liever niet CBC in dit geval:Toen dat TV-station commentaar gaf bij beelden van massa’s die het plein van de revolutie overspoelden om een laatste eer te bewijzen aan hun voormalige leider, deed de commentaar zijn best dat te discrediteren: sommigen zouden met bussen zijn aangevoerd en verplicht om hun repressieve leider te gaan eren.“Terwijl velen kritiek geven op de nalatenschap van hun vroeger president”, zei CBC nieuwslezer David Common (report begint at 4:36), “is het moeilijk dissidente stemmen te vinden in Havana. Adrienne Arsenault die nochtans een ervaren reporter is kon er idd geen enkele voor de camera krijgen. Dus skypte ze met een “vaak aangehouden, gekende artiest” die wel in het buitenland verbleef maar toch verklaarde; “ ik weet dat de repressie erg hard zal zijn deze dagen …”Zo ging het: De media zijn één grote echokamer van de conventionele VS desinformatie: over Castro’s leven en dood, nalatenschap, Cuba’s geschiedenis en toekomst.
Wat vertelden de media niet over Fidel Castro’s bijna zestig jaar regeren? Laten we het hebben over zes humanitaire verwezenlijkingen met Castro’s handtekening:• De nationale alfabetiseringscampagne van 1961 werd door Oxfam beschreven als “ een van de meest succesvolle campagnes in zijn soort. Ze mobiliseerde leerkrachten, arbeiders en scholieren uit het secundair om meer dan 700.000 Cubanen te leren lezen en schrijven”. In 1962 – drie jaar slechts na de overwinning van de revolutie – steeg Cuba’s alfabetiseringsgraad tot 96%, bij de hoogste ter wereld en beter dan Canada. Sindsdien zond Cuba alfabetisatoren naar andere ontwikkelingslanden.• De Cubaanse publiek gezondheidszorg is de beste van de derde wereld. 90.000 dokters zijn er, meer dan in Canada. Drie maal meer nl. per hoofd van de bevolking. Ook de kindersterfte is er lager dan bij ons en de levensverwachting nagenoeg gelijk. Cuba produceert 70% van zijn eigen medicijnbehoefte en verstrekt ze aan een fractie van de prijs van bij ons.• Het Cubaanse medische internationalisme: Er zijn vandaag 55.000 gezondheidswerkers uit Cuba werkzaam in 67 landen. Ze reageren op elke natuurramp of gezondheidscrisis: van aardbevingen tot ebola. Op hun ééntje doen ze meer dan de G7 (zeven rijkste) landen samen. Op het eiland is er gratis verzorging van 26.000 Tsjernobyl slachtoffers, vnl. kinderen.• ELAM: De Latijns-Amerikaanse school voor geneeskunde werd in 1999 in Havana gesticht om studenten uit arme landen arts te laten worden . VN-secretaris Ban Kinderen-Moon noemde het “ de meest geavanceerde geneeskundefaculteit ter wereld”. Het initiatief was Fidel’s reactie op de destructie die orkanen Mitch en Georges aanrichtten in Midden-Amerika en de Cariben. Aan ELAM studeerden al 25.000 dokters af uit 120 landen, helemaal gratis. Ze engageren zich als tegenprestatie om terug te keren naar hun land en er te werken in gemeenschappen die goede gezondheidszorg ontberen.• Operatie Wonder, is een programma van Cuba en Venezuela dat sinds 2004 gratis behandeling gaf aan al meer dan 3 miljoen blinden en slechtzienden uit Latijns-Amerika, de Cariben, Afrika en Azië.• De strijd tegen Apartheid. Hoewel die meer controverse oproept dan de onderwijs en gezondheidsresultaten, wordt Castro’s beslissing om troepen te zenden naar Angola aan de zijde van de onafhankelijkheidsstrijders in de 70er en 80er jaren, door velen gezien als het begin van het einde van Apartheid. Door het Zuid-Afrikaanse leger te verslaan, zo schrijft historicus Piero Gleijeses, “ veranderde Cuba de loop van de geschiedenis in Zuidelijk Afrika” of, zoals Nelson Mandela zelf het zei: “Welk land kan bogen op meer altruïsme dan Cuba heeft getoond in zijn relatie tot Afrika?”Niets van dit alles suggereert dat Castro een heilige is, of dat Cuba een paradijs is. Verre van. Als het op individuele mensenrechten en persvrijheid aankomt is Castro’s bilan zeker niet schitterend. Het kan verklaard worden – te beginnen met de meer dan een miljard $ die de VS uitgaf om hem te vermoorden en een contrarevolutie op de been te brengen en je begrijpt waarom de Cubaanse regering de authenticiteit van de ‘binnenlandse’ dissidentie in twijfel trekt – maar we moeten het niet goedpraten of ontkennen.
Het probleem is dat -door Castro eenkleurig te portretteren als een brutale dictator- de westerse media zich in bochten moeten wringen om te kunnen uitleggen waarom zoveel mensen in Cuba, Latijns-Amerika en eigenlijk overal in het Zuiden hem zien als een tijdloze held, wiens overlijden diepe treurnis meebrengt en wiens erfenis een reden voor feest vormt.
De geschiedenis zou Fidel inderdaad kunnen vrijspreken. We mogen de media hun verschrikkelijk eenzijdige portrettering van hem, niet zomaar vergeven.*: Stephen Kimber is een Canadees auteur die naar Cuba trok om er inspiratie op te doen voor een exotische roman maar werd er ontroerd door de realiteit van het Cubaanse sociale project en werd zo één van de grote medestanders in het gevecht voor de vrijheid van de Cuban Five.
HuffingtonpostCanada