De blokkade blijft de grootste hinderpaal voor de ontwikkeling van Cuba

Cuba-kenner Salim Lamrani legt uit waarom de economische sancties de grootste hinderpaal voor de ontwikkeling van Cuba zijn.

InleidingOndanks de historische dialoog met Havana op 17 december 2014 en het staatsbezoek van president Barack Obama in maart 2016 blijft Washington de economische sancties tegen het Cubaanse volk handhaven, wat op het onbegrip van de internationale gemeenschap stoot. Die sancties werden in 1960 in volle koude oorlog ingesteld en duren nu al meer dan een halve eeuw. Ze berokkenen de Cubaanse economie heel veel schade en doet het de meest kwetsbare lagen van de bevolking onnodig lijden. Door hun hoge kosten en extraterritoriale draagwijdte worden ze unaniem door de internationale gemeenschap verworpen. Nochtans heeft de uitvoerende macht de sleutel in handen om dit asymmetrisch conflict op te lossen aangezien die over de nodige prerogatieven beschikt om een groot deel van de sancties op te heffen.

De kosten van de economische sanctiesOp 13 september 2016 verlengde Barack Obama de wet op de handel met de vijand opnieuw met een jaar. Die wet stamt uit 1917 en werd in 1962 voor het eerst door J.

F. Kennedy toegepast om Cuba totale economische sancties op te leggen. Obama verlengde zo de staat van beleg tegen het eiland. Die wet, die elk jaar door de negen presidenten van de VS sinds die datum werd verlengd, wordt uitsluitend tegen Havana toegepast.

De impact van de sancties is opnieuw dramatisch geweest voor de Cubaanse economie en maatschappij. Volgens Bruno Rodríguez, de Cubaanse buitenlandminister, hebben de sancties Cuba op een jaar tijd, van april 2015 tot maart 2016, 4,68 miljard dollar gekost. In hun jaarlijks rapport over de economische sancties ramen de Cubaanse overheden de schade op nationaal vlak. Drie sectoren worden in het bijzonder getroffen. In de eerste plaats de uitvoer, aangezien Cuba goederen noch diensten aan de VS kan verkopen. Vervolgens de kosten door alternatieve en geografisch verder afgelegen markten te zoeken. Ten slotte de financiële impact, daar Cuba nog altijd niet de dollar mag gebruiken voor zijn internationale transacties, ondanks de verklaringen van Obama over de afschaffing van die beperking. “Geen enkel aspect van ons leven ontsnapt aan hun impact”, besloot Bruno Rodríguez. De economische sancties hebben Cuba sinds ze in de jaren zestig werden ingevoerd in totaal al 125 miljard dollar gekost.

Ook andere vitale sectoren, zoals die van de gezondheidszorg, worden door de economische sancties getroffen. Zo kan Cuba, om maar een van de vele voorbeelden te geven, geen hersenstimulatoren kopen om neurologische ziekten te kunnen behandelen omdat die exclusief door het VS-bedrijf Medtronic worden gemaakt. Honderden parkinsonpatiënten die dankzij dat toestel een betere levenskwaliteit zouden genieten blijven daarvan verstoken wegens een politiek meningsverschil dat Washington en Havana al meer dan een halve eeuw verdeelt.

Het extraterritoriale aspect van de sanctiesOndanks de historische toenadering van december 2014 werden na die datum verschillende internationale entiteiten gestraft omdat ze, volkomen internationaalrechtelijk, met Cuba financiële transacties hadden uitgevoerd. Zo werd de Franse bank BNP Paribas in mei 2015 veroordeeld tot een recordboete van 8,9 miljard dollar omdat ze, onder andere, financiële betrekkingen met Cuba heeft onderhouden. In oktober 2015 moest Crédit agricole voor dezelfde redenen een boete van 1,116 miljard dollar slikken. Merk op dat BNP Paribas en Crédit agricole geen enkele Franse wet hebben overtreden en dat ze nauwgezet het Europees en internationaal recht hebben nageleefd. Washington heeft gewoon zijn sancties tegen Cuba extraterritoriaal en dus onwettelijk toegepast. Andere financiële entiteiten werden eveneens zwaar aangepakt. Zo moest de Duitse Commerzbank 1,71 miljard dollar boete ophoesten en heeft ze alle betrekkingen met Cuba stopgezet. Al die beslissingen werden door de VS-regering genomen.

Speelruimte van president ObamaPresident Obama heeft nochtans verschillende keren het Congres opgeroepen om een einde te maken aan een anachronistische, wrede en ondoeltreffende staat van beleg. Hij heeft zich verschillende keren uitgesproken tegen het vasthouden aan de economische dwangmaatregelen die, behalve dat ze het welzijn van de Cubanen ernstig aantasten, de VS op het internationale toneel geïsoleerd hebben. Tijdens zijn historische bezoek aan Cuba heeft hij het volgende toegegeven: “Het beleid van de Verenigde Staten heeft niet gewerkt. We moeten de moed hebben om die waarheid te erkennen. Een isolatiebeleid dat tijdens de koude oorlog werd uitgedokterd heeft in de 21e eeuw geen enkele zin. Het embargo heeft het Cubaanse volk doen lijden in plaats van het te helpen. Het is een zware last uit andere tijden dat op het Cubaanse volk weegt”. De hele wereldgemeenschap die naar een vreedzame oplossing van dit conflict streeft heeft dit heldere betoog gunstig onthaald.

De opbouwende retoriek van Barack Obama werd echter niet door tastbare en concrete feiten gevolgd, ondanks zijn bevoegdheden als hoofd van de uitvoerende macht. Het klopt dat de president van de Verenigde Staten in december 2014 de politieke dialoog met Cuba heeft hersteld, dat hij in januari 2015 het aantal categorieën VS-burgers die het eiland mogen bezoeken heeft uitgebreid, dat hij in mei 2015 Cuba van de lijst van landen die het terrorisme ondersteunen heeft gehaald, dat hij in juli 2015 de diplomatieke banden heeft hersteld door ambassades in Washington en in Havana te heropenen, dat hij in maart 2016 de uitvoer van goederen en diensten op het gebied van telecommunicatie (enkel voor de niet-staatssector) heeft toegestaan en dat hij in augustus 2016 het herstel van het maritiem passagiersvervoer tussen beide landen heeft vergemakkelijkt.

Naast die positieve maar zeer beperkte maatregelen beschikt de president van de Verenigde Staten echter over alle nodige speelruimte om bijna alle sancties sinds 1960 uit te hollen zonder dat het Congres hiervoor toestemming moet geven. Zo zou Barack Obama Cubaanse bedrijven kunnen toestaan om bankrekeningen in de Verenigde Staten te openen om de commerciële en financiële transacties te vergemakkelijken. Hij zou tevens een einde kunnen maken aan de financiële vervolging van Cuba, waarvan talrijke internationale banken het slachtoffer zijn geweest. De regering Obama heeft in totaal een recordbedrag van 14 miljard dollar opgelegd aan verschillende bankinstellingen ter wereld wegens hun relaties met Cuba. Het Witte Huis zou op dezelfde manier de bilaterale handel tussen Cubaanse en VS-bedrijven (import/export) kunnen toestaan. Ze zou er ook mee kunnen instemmen dat VS-kapitaal in Cuba investeert. Obama zou ook kunnen toestaan dat VS-burgers medische verzorging in Cuba ontvangen. Hij zou ten slotte, bijvoorbeeld, de beperking kunnen opheffen waardoor elk schip dat, ongeacht zijn vlag, goederen naar Cuba heeft vervoerd de volgende zes maanden niet in een VS-haven mag aanleggen.

Er zijn maar vier sectoren waaraan de uitvoerende macht niet mag raken zonder toestemming van het Congres. Zo kan president Obama geen handel toestaan tussen bijkantoren van VS-bedrijven in het buitenland en Cuba (Wet Torricelli van 1992). Maar hij kan wel de handel tussen de moederbedrijven in de VS en Cubaanse bedrijven toestaan, wat iedere transactie met een in een derde land gevestigde bijkantoor de facto overbodig zou maken.

Op dezelfde manier kan Barack Obama het gewone toerisme naar Cuba niet toestaan (Wet van 2000 tot hervorming van de handelssancties). Maar hij kan perfect het aantal categorieën burgers die naar het eiland mogen reizen verveelvoudigen en hun beschrijving uitbreiden. Zo zou het Witte Huis het begrip “culturele reis” anders kunnen omschrijven en er bijvoorbeeld het bezoek aan een museum aan toevoegen. Elke VS-burger die belooft om tijdens zijn verblijf in Cuba een museum te bezoeken zou dan van de categorie “culturele reis” kunnen gebruikmaken.

De president kan evenmin zonder toestemming van het Congres de verkoop op krediet van voedingsgrondstoffen uit de VS aan Cuba goedkeuren. Maar hij zou perfect de verkoop op krediet van elk niet-voedingsproduct kunnen toestaan, wat de draagwijdte van de sanctie behoorlijk zou inperken.

Ten slotte kan het Witte Huis geen transacties toestaan met VS-eigendommen die in de jaren zestig genationaliseerd werden (Wet Helms-Burton van 1996). Maar hij kan de deur openen voor elke handel met de andere eigendommen op het eiland.

De sancties worden unaniem verworpenAlle sectoren van de VS-maatschappij zijn voor het opheffen van de economische sancties. De zakenwereld, bij monde van de Kamer voor koophandel van de VS, ziet die graag zo snel mogelijk afgeschaft, want ze ziet andere internationale kapitalen investeren in een markt van 11 miljoen inwoners op 150 km van haar kusten. Meer dan 70 % van de publieke opinie is gewonnen voor de volledige normalisering van de bilaterale betrekkingen tussen beide landen, want ze begrijpt niet waarom haar regering haar verbiedt om voor gewoon toerisme naar Cuba te gaan. De religieuze overheden hebben, bij monde van de Nationale raad van kerken, de sancties veroordeeld wegens het lijden dat die voor de bevolking betekenen. Ook de Cubaans-Amerikanen zijn, volgens een peiling in september 2016, met 63 % voor het opheffen van de sancties, want zij weten dat de economische maatregelen hun families op het eiland treffen. Tot slot past het erop te wijzen dat in 2015, voor het 24e opeenvolgende jaar, tijdens de jaarlijkse vergadering van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, 191 van de 193 landen om de opheffing van het beleg van het eiland hebben gevraagd.

Asymmetrisch conflictSommige observatoren menen dat Cuba de gebaren van Obama moet beantwoorden door binnenlandse veranderingen door te voeren. Ze vergeten het asymmetrische karakter van het conflict. In het geschil dat Washington en Havana verdeelt komt de vijandigheid immers maar van een kant. Cuba legt geen economische sancties op aan de Verenigde Staten, het bezet op geen enkele onwettelijke wijze een deel van hun soevereine grondgebied (Guantanamo), het financiert geen interne oppositie met de bedoeling een “regimewissel” te bewerkstelligen, het steelt geen menselijk kapitaal zoals de Cubaanse aanpassingswet doet, het zendt geen illegale radio- en televisieprogramma’s uit om de interne subversie te voeden, zoals dat het geval is met Radio en TV-Martí. Bovendien is Cuba een onafhankelijke natie volgens het internationaal recht en sinds het Congres van Westfalen van 1648 dat de soevereine gelijkheid tussen staten erkent, en veranderingen op het eiland vallen onder de enige en exclusieve bevoegdheid van het Cubaanse volk, dat als enige over zijn politiek systeem en maatschappijmodel kan beslissen.

BesluitDe sancties tegen Cuba zijn anachronistisch, wreed en ondoeltreffend. Ze hebben een rampzalige impact op de Cubaanse economie en tasten het welzijn van de bevolking duurzaam aan. Ondanks de constructieve verklaringen van het Witte Huis ten gunste van een opheffing van die staat van beleg werd er geen enkele grote maatregel genomen om de Cubanen enigszins van die economische wurggreep te verlossen, een wurggreep die al meer dan een halve eeuw duurt en die massaal door de internationale gemeenschap wordt verworpen. Het is duidelijk dat elke volledige normalisering van de betrekkingen onmogelijk zal zijn zolang die vijandig beleid van kracht blijft.

Bron: www.mondialisation.ca/les-sanctions-economiques-principal-obstacle-au-developpement-de-cuba/5548019Vertaling: E. Carpentier

Blijf op de hoogte. Schrijf je in op onze nieuwsbrief.

Restez informé. Abonnez-vous à notre newsletter.