W.
T. Whitney Jr. is een gepensioneerde kinderarts en politiek journalist uit Maine (VS). Hij schrijft in Counterpunch over het lijden van de Cubaanse bevolking en roept op om de strijd tegen de blokkade op te voeren. Het is een hoofdthema op Che Presente / ManiFiesta waarover onze Cubaanse en andere gasten het uitgebreid zullen hebben.
Dramatische toestandDe Cubaanse politieke leiders weten maar al te goed dat de bevolking het zeer hard te verduren heeft, en ze verbloemen de toestand geenszins. Op de laatste zitting van het parlement stond de voedselsituatie centraal: Het leven van veel Cubanen is precair door voedseltekorten, hoge prijzen en een laag inkomen.
President Díaz-Canel wees op de “problemen van ons moeilijke dagelijkse leven, zoals voedselproductie, elektriciteitsopwekking, beschikbaarheid van water, criminaliteit, stijgende inflatie, buitensporige prijzen”.
Vicepremier Jorge Luis Tapia Fonseca bracht verslag uit over de uitvoering van de wet van 2022 inzake voedselsoevereiniteit en voedsel- en voedingszekerheid. Hij merkte op dat de voedselzelfvoorziening in de lokale gebieden achterbleef. De oogsten brachten weinig op, plantenziektes en het gebrek aan input belemmerden de graanproductie. Droogte, orkaanschade, woekering door maraboestruiken, bodemerosie, een hoge zuurgraad van de bodem, slechte drainage en een gebrek aan organisch materiaal in de bodem hebben hieraan bijgedragen. Bureaucratische en centraliserende neigingen van de Cubaanse overheid spelen ook een rol.
De Cubanen hadden in 2022 individueel slechts 438 gram dierlijke eiwitten per maand geconsumeerd, en in mei 2023 slechts 347 gram, terwijl een inname van 5 kg per maand wordt aanbevolen. Er werden niet genoeg kippen gefokt, pluimveevlees en eieren waren schaars.
Opbrengsten van maïs, soja, sorghum en andere gewassen zijn verminderd en diervoeder is meestal niet beschikbaar. Daarom daalt de varkensvleesproductie, is er geen melk beschikbaar voor volwassenen en wordt er minder vee gehouden. De weidegrond is slecht door de droogte en het ontbreken van meststoffen.
Tapia wees op mislukkingen. De productie van door de staat gecontroleerde voedselproducenten is laag. Producenten, verdelers en institutionele consumenten sluiten niet regelmatig contracten met elkaar om de voedseldistributie te vergemakkelijken. Producenten worden niet betaald omdat er geen krediet beschikbaar is. Met 44.318 stuks tot nu toe dit jaar heeft de veediefstal een nieuw hoogtepunt bereikt.
Tapia wond zich behoorlijk op: “
Het kost werk om voedsel te produceren. Iedereen wil voedselleveringen, maar we doen niets om het te produceren. We missen een productiecultuur … We hebben al die papieren of woorden niet nodig. Wanneer beginnen we te planten? Wie gaat het doen?”
Het ministerie van Financiën en Prijzen bracht voor de zitting van het parlement een rapport uit. Het erkende de hoge inflatie, de wijdverspreide ontevredenheid onder de bevolking en de behoefte aan “concrete oplossingen”. Minister Vladimir Regueiro Ale gaf aan dat de prijzen in 2022 met 39% omhoogschoten en in 2023 tot nog toe nog eens met 18%. De inflatie, zo legde hij uit, verschilt van provincie tot provincie en kan zich manifesteren als onrechtmatige prijsafspraken, vooral wanneer er een tekort is aan landbouwproducten.
In zijn commentaar op het rapport herinnerde parlementsvoorzitter Esteban Lazo de afgevaardigden eraan dat een verminderde productie en inflatie met elkaar verbonden zijn: “
Als er geen productie en aanbod is, zullen we de prijzen niet effectief onder controle krijgen.” Hij klaagde aan dat “praktisch 100% van de voedselkorf wordt geïmporteerd”.
De voedsel- en landbouwcommissie van het parlement heeft nog een rapport uitgebracht. Het wijst op organisatorische en managementproblemen en meldt dat tot nu toe slechts 68% van de verwachte dieselbrandstof in 2023 is aangekomen, 14.700 ton minder dan in dezelfde periode een jaar eerder. Er werd 28.900 ton geïmporteerde meststof besteld, maar slechts 168 ton kwam aan. Cuba’s kunstmestproductie was dit jaar nihil, in tegenstelling tot de 9.600 ton die in dezelfde maanden in 2022 werd geproduceerd.
De plattelandsgemeenschappen in Cuba hebben het moeilijk. Binnenkort “hebben we geen mensen meer op het platteland”, zei een afgevaardigde. Een ander pleitte voor betere “wegen, huisvesting en connectiviteit”. Iemand die de landbouwvaardigheden als laag beschouwde, vroeg om onderwijs in “agro-ecologische technieken” en “goede praktijken voor de productie, verwerking en commercialisering van voedsel”.
Velen denken dat lokale autonomie de voedselproductie zou stimuleren. In april 2023 hadden kandidaat-landbouwers nog geen bezit genomen van 258.388 hectare ongebruikt land dat hen gratis ter beschikking was gesteld in het kader van de hervormingen van het grondbezit in 2008.
Speciale Periode bisFrei Betto, Braziliaanse vriend van het revolutionaire Cuba en adviseur van Cubaans Programma voor Voedselveiligheid en Voedingseducatie, bezocht Cuba in juni. Volgens hem zijn de “huidige tekorten ernstiger dan in de Speciale Periode (1990-1995)”. Hij gaf aan dat Cuba nu 80% van het voedsel dat het consumeert importeert, tegenover 70% vijf jaar geleden, en dat dit nu jaarlijks 4 miljard dollar kost, tegenover 2 miljard dollar voordien. Voor maïs, soja en rijst alleen al bedragen de uitgaven nu 1,5 miljard USD per jaar.
Hij gaf ook aan dat een ton geïmporteerd kippenvlees nu 1,3 miljoen USD kost, tegenover 900.000 USD een jaar geleden, dat “de tarwevoorraad is verslechterd”, dat de melkproductie in een jaar tijd met 38 miljoen liter is gedaald, dat minder olie uit Venezuela, wegens de VS- sancties daar, een verminderde voedselproductie in Cuba betekent.
Impact van de blokkadeDe blokkade, het favoriete instrument van de VS, heeft de voedselproductie in Cuba hard getroffen.
De voedselcrisis stemt overeen met de voorstellen van de ambtenaar van Buitenlandse Zaken Lestor Mallory in 1960 om een beleid te voeren dat leidt tot “honger, wanhoop en omverwerping van de regering”. Het Sovjetblok viel drie decennia later. De VS-regering verscherpte de economische blokkade door middel van wetgeving in 1992 en 1996 en later door Cuba aan te merken als een land dat terrorisme steunt.
Naast het verbod op producten die geproduceerd of verkocht werden door bedrijven uit de VS, werden al snel ook producten verboden die geproduceerd waren door buitenlandse bedrijven die verbonden waren met bedrijven uit de VS en producten die 10% of meer componenten bevatten afkomstig uit de VS. Nu worden buitenlandse bedrijven die actief zijn in Cuba geconfronteerd met mogelijke gerechtelijke stappen van de VS.
Internationale leningen en internationale transacties in dollars zijn meestal verboden. Betalingen in het buitenland bereiken hun bestemming niet. Inkomsten uit export komen niet aan. Denk aan import van zaden, kunstmest, onkruidverdelgers, pesticiden, fokdieren, diergeneesmiddelen, nieuwe apparatuur, reserveonderdelen, export van koffie, rum en nikkel. Denk aan leningen voor het kopen van voedsel en meer, leningen voor landbouwontwikkeling. Denk aan belemmeringen voor het herstel van de plattelandsinfrastructuur.
AanpakDíaz-Canel bekritiseerde gedragingen “die de alomtegenwoordige blokkade versterken door passiviteit, apathie, ongevoeligheid, onvermogen of eenvoudig vermoeidheid en gebrek aan geloof”. Hij merkte goedkeurend op dat de afgevaardigden “nauwere banden tussen afgevaardigden en de bevolking” bespraken, “beter beheer en toewijzing van het geld”, “grotere directe deelname van de niet-overheidssector aan de nationale productie”, “gemeentelijke autonomie” en “neerwaartse druk op de prijzen”. “
Bovenal”, benadrukte hij, “moeten we ons wijden aan het creëren van welvaart, in de eerste plaats door voedsel te produceren.”
De minister van Landbouw kreeg van parlementsvoorzitter Esteban Lazo te horen dat hij “de landbouwproductie van het land moet transformeren en versterken om een politieke en participatieve beweging op gang te brengen die een productieve revolutie in de landbouwsector moet ontketenen”.
Internationale solidariteitWhitney: “Velen hebben het Cubaanse socialisme zo bewonderd dat ze veronderstelden dat de Cubaanse sociale verworvenheden en uitbundige internationale solidariteit zo’n enthousiasme zouden aanwakkeren dat, samen met overwegingen van eerlijkheid, legaliteit, nabuurschap en afschuw tegen de wreedheid van de VS, VS-beleidsmakers anders over Cuba zouden gaan denken. Het gebeurde niet.
Op dit beslissende moment in Cuba is een nieuwe richting nodig, een richting die draait om het overtuigen, organiseren en verenigen van links georiënteerde politieke groeperingen en anti-oorlogs- en anti-imperialistische activisten van allerlei pluimage. Er is leiderschap nodig.”Frei Betto zegt: “
Het is tijd voor ons allemaal om, in solidariteit met de Cubaanse revolutie, de strijd tegen de VS-blokkade te intensiveren en internationale samenwerking te mobiliseren met het eiland dat zijn onafhankelijkheid en soevereiniteit durfde te veroveren op het machtigste en meest genocidale rijk in de geschiedenis van de mensheid.”
Op Che Presente bekijken we dat concreet: debat over de blokkade (zaterdag, 11 – 12 uur), ontmoeting met de Cubaanse delegatie (zaterdag, 17 – 18.30 uur) en de rol van de vakbonden (zondag, 14 – 15.30 uur).