Voordat Evo Morales aan de macht kwam in Bolivia, ging het land gebukt onder bezuinigingsmaatregelen die waren opgelegd door het IMF en de Wereldbank. Bolivia was lange tijd één van de armste landen geweest van Zuid-Amerika.
Sinds Morales in 2006 president werd, heeft hij zich gericht op het terugdringen van de invloed van de VS en multinationals in Bolivia. Bolivia beleeft nu een periode van economische bloei. Het land heeft één van de snelst groeiende economieën van Zuid-Amerika. Voor de eerste helft van 2014 kende het bnp een groei van 5,16 procent. Alleen Colombia deed het beter met 6,4 procent. De buitenlandse schuld verminderde van 94 procent in 2003 naar 40 procent van het bnp in 2013. De internationale reserves namen toe van 1 miljard dollar naar 15 miljard dollar. En tussen 2003 en 2013 daalden de officiële armoedecijfers van 63 procent naar 45 procent. Morales weert de instituties die zijn land ooit plunderden. Enkele weken geleden kondigde hij aan dat Bolivia niet langer zal reageren op de eisen en de chantage van de VS, de Wereldbank en het IMF. Tijdens een bezoek in Tarija in het zuiden van Bolivia zei hij: “
Om een lening te krijgen van het IMF moesten we een deel van ons land opgeven, maar we hebben ons in zowel economisch als politiek opzicht bevrijd en zijn niet langer afhankelijk van andere landen of instituties.”
Onder Morales is er veel gebeurd om het internationale bankwezen buiten de deur te houden. Bolivia heeft diverse multinationals het land uitgeschopt, waaronder McDonald’s en Coca-Cola.
Daarnaast weigert het land mee te werken aan de desastreuze Amerikaanse oorlog tegen drugs.
In Bolivia gaat 14 procent van het nationale budget naar onderwijs, in de VS slechts 1,7 procent.
Buitenlandse olie- en gasbedrijven betalen in Bolivia liefst 82 procent winstbelasting. Dat geld wordt gebruikt om de armen te helpen. Morales laat zien dat elk land, hoe arm het ook is, de ketenen kan afwerpen en het heft in eigen handen kan nemen.
Unitednews