In de jaren tachtig komt in de SU Gorbatsjov aan de macht. Hij kondigt een drastische kapitalistische gerichte hervorming aan van de Sovjetmaatschappij. Cuba moet daar niets van weten en knoopt daarentegen opnieuw aan bij de socialistische beginselen.* Vanaf het midden van de jaren tachtig boert de economie achteruit. De planning verloopt niet naar wens, de economische investeringen zijn weinig efficiënt en er wordt slordig en verspillend omgesprongen met energie, grondstoffen en materialen. De economie is hoe langer hoe meer afhankelijk van externe leveringen. Maar daarvoor heb je harde deviezen nodig en die moeten vooral komen van de uitvoer van suiker. Maar de marktprijs is laag, de oogsten worden getroffen door droogtes en stormen, en Westerse landen beschermen hun markten tegen suikerimport. Er ontstaan grote problemen met de betalingsbalans, wat leidt tot een torenhoge schuldenlast en uiteindelijk tot een kredietstop van westerse schuldeisers. Cuba is daardoor meer dan ooit aangewezen op de socialistische landen. Maar daar precies wringt het schoentje. In 1985 verschijnt Gorbatsjov op het toneel. In een lang gesprek in maart 1986 maakt hij Fidel duidelijk dat de SU zich in de toekomst niet meer zal houden aan de gedane afspraken. Hij kondigt een verlaging aan van de leveringen aan Cuba. Er moet dus iets gebeuren, een interne koerswijziging dringt zich op. Om de economie nieuw leven in te blazen kondigt Fidel in april een ‘Rectificatie’ aan van fouten en negatieve tendensen uit het verleden. Het doel is komaf te maken met allerhande burgerlijke en technocratische tendensen, zelfgenoegzame praktijken en buitensporige bureaucratisering. De experimenten uit de SU en andere socialistische landen werden in het verleden op een onkritische manier geassimileerd. Goederen werden niet geproduceerd omdat ze sociaal nuttig waren, maar omdat ze de winst van het individueel bedrijf verhoogden. Een job werd enkel nog gezien als een bron voor persoonlijke verrijking en niet als sociale taak of inzet voor de revolutie. De Rectificatie wil daar komaf mee maken. Ze is een zoektocht naar een eigen Cubaans model, zonder de deficiënties van het sovjetmodel, maar ook zonder te vervallen in de fouten van de jaren zestig. Wat rectificeren we? We rectificeren precies al die zaken – en het zijn er veel – die afwijken van de revolutionaire geest, … die afwijken van de geest van solidariteit tussen de mensen. We rectificeren elk type van knoeiwerk en middelmatigheid, die exact in tegenspraak zijn met de ideeën van Che, zijn revolutionaire geest, zijn stijl en zijn voorbeeld. … Rectificeren wil zeggen: nieuwe oplossingen zoeken voor oude problemen, negatieve tendensen rechttrekken. Rectificeren betekent ook een correct gebruik maken van het systeem en de mechanismen waarover wij vandaag beschikken, het systeem namelijk van leiding en planning van de economie.(1) De socialistische doelstellingen worden herbevestigd en de partij wordt versterkt. Er wordt gestreefd naar efficiëntere productievormen. De productie wordt nog meer gecollectiviseerd, de planning van de economie versterkt. De vrije boerenmarkten worden gesloten. Er wordt geprobeerd zoveel mogelijk zelf voedsel te produceren om de externe afhankelijkheid te verminderen. Productie en consumptie worden beter op elkaar af gestemd. Ten slotte wordt (opnieuw) ingespeeld op de ‘morele kracht’ van het volk: werkbrigades en morele stimuli op het werk. De resultaten van de Rectificatie zijn heel bescheiden, maar het belang ervan wordt pas duidelijk in het licht van wat zich in het Oostblok afspeelt vanaf het midden van de jaren ’80. De koers die Gorbatsjov inslaat leidt uiteindelijk tot de restauratie van het kapitalisme, tot het einde van de naburige socialistische regimes en tot de ontmanteling van de SU. Had men in Cuba de situatie op zijn beloop laten gaan of had men de lijn van Gorbatjsov gevolgd, dan zou de Cubaanse revolutie wellicht hetzelfde lot hebben ondergaan. Havanna heeft dit tijdig ingezien, de Rectificatie kan beschouwd worden als het Cubaans antwoord op de Perestroïka. Gezien de grote populariteit die Gorbatsjov halverwege de jaren ’80 wereldwijd geniet en de grote afhankelijkheid van de Cubaanse economie t.a.v. de Sovjetunie, is de anti-perestroka opstelling van Havanna in elk geval meer dan gedurfd. Eind 1988 wordt Manuel Noriega, de president van Panama in een rechtbank in Florida aangeklaagd voor drugssmokkel. Noriega was tot kort daarvoor een goede bondgenoot van de VS, hij stond jarenlang op de loonlijst van de CIA en bood Washington hulp bij de contra-oorlog tegen de Sandinisten en bij het bespioneren van Cuba. Maar in de jaren tachtig koelt de vriendschap af. Tijdens het proces blijkt dat Cuba mee betrokken is in de zaak. De Cubaanse regering stelt een eigen onderzoek in en komt tot de vaststelling dat hooggeplaatste legerofficieren en ambtenaren van het ministerie van Binnenlandse Zaken inderdaad betrokken zijn bij drugshandel. Manuel Noriega Er zijn ondermeer contacten met het Colombiaans drugskartel van Pablo Escóbar. De overheid tilt zeer zwaar aan de zaak. Indien zou blijken dat de Cubaanse overheid rechtstreeks betrokken is bij drugshandel, dan heeft Washington een gedroomd voorwendsel voor een militaire blokkade of zelfs een interventie. Na een twee weken durend proces, dat nog eens wordt overgedaan door de staatsraad, worden in juli 1989 vier topverdachten veroordeeld tot de doodstraf en enkele anderen tot lange gevangenisstraffen. De zaak ligt bijzonder gevoelig, want één van de geëxecuteerden is Generaal Arnaldo Ochoa, een held uit de oorlog in Angola en zeer geliefd bij de bevolking. Vijf maand later zal de betrokkenheid van Noriega bij de drugshandel naar de VS, de reden zijn voor de militaire interventie in Panama en het kidnappen van Noriega. Deel 1: De koloniale periode en de onafhankelijkheidsstrijd Deel 2: De Republiek (1902-1953) Deel 3: De gewapende strijd (1953-1959) Deel 4: De revolutie krijgt vorm (1959-1960) Deel 5: Ontstaan en uitbouw van het socialisme (1961-75) (1) Deel 6: Ontstaan en uitbouw van het socialisme (1961-75) (2) Deel 7: Verdere uitbouw van het socialisme (1975-1986) Deel 9: De Speciale Periode (1990-) Deel 10: Hervormingen en diplomatiek isolement (1994-1998) Deel 11: Diplomatieke successen en Batalla de ideas (1998-) Deel 12 (slot): Bush, ALBA, Fidel en Raúl (2003-) Tijdslijn Noten: * Dit artikel verscheen in gewijzigde vorm in Demuynck K. & Vandepitte M., De Factor Fidel, Antwerpen 2008, hoofdstuk 1. (1) Discurso pronunciado por Fidel Castro Ruz, 8 oktober 1987.